Instellingen
BT30
AA1-X3
AA1-SF1
AA1-X7
AA1-X1
Elektrische bijverwarming - maximaal
vermogen
Het elektrische verwarmingselement kan worden inge-
steld op een maximum van 9 kW (3 fase) of 7 kW (1
fase). De instelling bij levering is 9 kW (3 fase) of 7 kW
(1 fase).
Het vermogen van het elektrische verwarmingselement
is onderverdeeld in 7 stappen, zie de tabel.
Het maximale vermogen van de elektrische bijverwar-
ming wordt ingesteld in menu 5.1.12.
Vermogensstappen van het elektrische
verwarmingselement
3x400 V (maximaal elektrisch vermogen, bij
levering aangesloten 9 kW)
Elektrische
Max. L1 (A)
bijverwar-
ming (kW)
0
0,0
2
0,0
3
0,0
4
0,0
5
8,7
6
8,7
7
8,7
9
8,7
NIBE™ VVM 320
VVM320
Max. L2 (A)
Max. L3 (A)
0,0
0,0
8,7
0,0
7,5
7,5
8,7
8,7
7,5
7,5
8,7
8,7
7,5
15,7
15,7
15,7
3x400 V (maximaal elektrisch vermogen,
aangesloten 7 kW)
Elektrische
Max. L1 (A)
bijverwar-
ming (kW)
0
0,0
1
0,0
2
0,0
3
0,0
4
0,0
5
8,7
6
8,7
7
8,7
3x230 V (maximaal elektrisch vermogen, bij
levering aangesloten 9 kW)
Elektrische
Max. (A) L1
bijverwar-
ming (kW)
0
0,0
2
0,0
4
8,7
6
15,1
9
15,1
1x230 V (maximaal elektrisch vermogen, bij
levering aangesloten 7 kW)
Elektrische bijverwar-
ming (kW)
0
1
2
3
4
5
6
7
De tabellen tonen de max. fasestroom voor de betref-
fende elektrische stap voor de binnenmodule.
Indien er stroomsensoren zijn aangesloten, regelt de
binnenmodule de fasestromen. Bij overbelasting in een
fase wordt de stroom omgeschakeld naar (een) andere
fase(n).
Bij overbelasting van de ingestelde zekeringgrootte,
waarbij de geïnstalleerde warmtepomp frequentiege-
regeld is, wordt eerst de vermogenstrap van het elek-
trische verwarmingselement uitgeschakeld en daarna
wordt de compressor beperkt.
Hoofdstuk 5 |
Max. L2 (A)
Max. L3 (A)
0,0
0,0
0,0
4,3
8,7
0,0
8,7
4,3
8,7
8,7
0,0
13
8,7
8,7
8,7
13
Max. (A) L2
Max. (A) L3
0,0
0,0
8,7
8,7
15,1
15,1
15,1
15,1
27,1
27,1
Max. L1 (A)
0,0
4,3
8,7
13
17,4
21,7
26,1
30,4
Elektrische aansluitingen
29