Bijlage 2 - Onderhoud
B2 Algemeen
Leg een logboek aan, in overeenstemming met de aanbevelingen van EN54-14. Aan het einde van deze bijlage vindt u een pagina-indeling
van een logboek, gebaseerd op deze richtlijnen en daarin ziet u de informatie die u doorgaans moet invullen.
Dit logboek moet worden gebruikt en bijgehouden voor het registreren van voorvallen zoals hieronder beschreven.
B2.1
Routinetests
Teneinde het systeem volledig bedrijfsklaar te krijgen en te voldoen aan de eisen van EN54-14 en BS5839 Part 1:1988, wordt de volgende testroutine
aanbevolen.
Dagelijks - Controleer de centrale om u ervan te vergewissen dat deze normaal werkt. Als er een storing wordt aangegeven, controleer dan of deze in
het logboek wordt vermeld en of de juiste acties zijn ondernomen, zoals het inlichten van het onderhouds-/servicebedrijf.
Wekelijks - Test ten minste één sensor of handbrandmelder (HND) om de werking van de centrale en de akoestische alarmen te bevestigen. Test iedere
week een andere meldergroep en waar mogelijk een ander element. Houd een log bij van het element en de meldergroep die iedere week worden
getest. Registreer en meld eventuele storingen of defecten.
Driemaandelijks - De verantwoordelijke persoon moet ervoor zorgen dat het systeem ieder kwartaal door een deskundig persoon wordt getest die het
volgende moet doen:
i)
De vermeldingen in het logboek en eventuele ondernomen acties controleren.
ii)
De standby-batterijen en de laderspanning controleren (dit kan op gebruikerstoegangsniveau 3, het statusmenu bekijken).
iii)
Tenminste één element in iedere meldergroep testen om de centralefuncties te controleren.
iv)
De werking van de sirenes en eventuele koppelingen met een extern bemand centrum, centrale meldkamer etc. controleren.
v)
Een visuele inspectie van de installatie uitvoeren om te controleren op aanpassingen of belemmeringen en een testcertificaat afgeven.
vi)
Controleren of een tabblad 'Onderhoud' wordt weergegeven (beschikbaar op alle toegangsniveaus) en zo ja, het daar weergegeven bericht onderzoeken.
Jaarlijks - De verantwoordelijke persoon moet naast de driemaandelijkse controles ervoor zorgen dat elk element in het systeem wordt getest en dat
een visuele inspectie van de kabelbevestigingen en apparatuur wordt uitgevoerd.
B2.2
Batterijen
Vervang de batterijen om de vier jaar, zo niet eerder.
Voer gebruikte batterijen altijd af in overeenstemming met de lokale wet- en regelgeving en aanbevelingen van de fabrikant van de batterijen.
997-669-002-2
www.notifier.nl
Onderhoud
Installatie & inbedrijfstelling handleiding
Deel B2 - 1