3.3 Overwegingen met betrekking tot EMC
Door bovenstaande instructies op te volgen en geschikte kabels te gebruiken, voorkomt u problemen met EMC. In omgevingen waarin EMC een
hardnekkig probleem vormt, of waar niet de geprefereerde kabels worden gebruikt, kunnen extra Ferriet ontstoorfilters worden aangebracht op kabels
die de brandmeldcentrale ingaan.
3.3.1 Afsluiting van afscherming
Er moet kabel van goede kwaliteit uit de branche worden gebruikt
waarin aarddraden of afschermingen zijn opgenomen. De aarddraden
of afschermingen moeten worden geaard in de behuizing.
Er moet worden voorkomen dat de kabelafschermingen meer dan
één keer worden geaard.
Er kunnen door de branche goedgekeurde plastic kabelwartels worden
gebruikt, vooropgesteld dat de aarddraden of afschermingen goed
zijn geaard in de behuizing - voor dit doel zijn er zes aardingspunten
op de onderkant van de bevestigingsplaat voor alle kabeldoorvoer. In
de afbeelding hiernaast ziet u enkele van deze aardingspunten voor
afscherming van kabels die in naburige kabeldoorvoer worden gebruikt.
Gebruik een M3-krimpringaansluiting op iedere afscherming en een M3-
schroef en gegolfde veerringen voor de vereiste aardings -verbinding
met de tapeinden die van intern schroefdraad zijn voorzien. Zorg dat de
schroeven de juiste lengte hebben, zodat de ringaansluitingen nadat de
schroeven zijn vastgedraaid voldoende 'samengeklemd zijn' en om een
laag weerstandscontact te krijgen met de uiteinden van de schroefdraad
bus om de benodigde elektrische eigenschappen te verkrijgen in verband
met EMC.
MICC-kabels. Bij MICC-kabels wordt aangeraden metalen kabelwartels
(Type A2) en een stalen borgring te gebruiken voor juiste aarding en
aansluiting van de wartel. Deze kabels moeten echter worden afgesloten
met hoogwaardige plastic wartels, vooropgesteld dat de aarddraden
of afschermingen adequaat zijn geaard, zoals hierboven beschreven.
997-669-002-2
www.notifier.nl
Bekabeling
Installatie & inbedrijfstelling handleiding
Deel 3 - 5