Rosemount Inc.
NL
Stap 2: Verzend de flowconfiguratie naar de model 3095MV massaflow-
transmitter.
1. Zet de transmitter aan. Met de MV Engineering Assistant kunt u configura-
tiegegevens verzenden of opslaan. De stappen voor het aansluiten van de EA
op de transmitter en de structuur van de EA-schermen worden beschreven in
Appendix A: De MV Engineering Assistant (EA).
2. Stuur de informatie over de flowconfiguratie naar de transmitter.
a. EA: Selecteer Configure (Configureren) > Configure Flow (Flow
configureren) om de configuratie te verzenden.
b. Doorloop de wizard Flow Configuration (Flowconfiguratie).
c. Kruis Send Flow Configuration (Flowconfiguratie verzenden) aan de
transmitter aan.
NB
Wanneer de informatie verzonden wordt, wordt alle oudere transmitterinformatie overschreven.
Stap 3: Test berekening.
Het scherm voor testen van de berekeningen is een methode waarmee u de
massaflowberekeningen voor model 3095MV kunt bekijken voor de op dat moment
geldende procesvariabelen. Desgewenst kan de systeembeheerder waarden voor
procesvariabelen invoeren en de resultaten van de berekeningen bekijken.
NB
Aangezien de procedure voor het testen van de berekeningen de flow- en uitgangswaarden tijdens de test
daadwerkelijk wijzigt, moeten de regelkringen tijdens de test in de handmatige modus gezet worden en uit
de flowtotalisatiemodus worden genomen.
De uitkomsten van de testberekening die op dit scherm worden weergegeven, zijn berekend in de aangeslo-
ten transmitter, niet door de EA. Daarnaast wordt er op gewezen dat de bijwerkingstijd voor de berekenin-
gen op dit scherm geen aanduiding vormt voor de daadwerkelijke bijwerkingsfrequentie van de transmitter.
(De bijwerkingsfrequentie voor de model 3095MV sensor is negen keer per seconde.)
1. Open het scherm Test Calculation (Test berekening). De als eerste
weergegeven waarden zijn de waarden van de huidige procesvariabelen.
EA: Selecteer Transmitter (Transmitter) > Test Calculation (Test berekening)
2. Voer waarden en eenheden in voor de procesvariabelen Differential Pressure
(Differentiaaldruk), Static Pressure (Statische druk) en Process Temperature
(Procestemperatuur).
NB
De statische druk dient ingevoerd te worden in absolute eenheden, niet in metereenheden.
3. Selecteer de knop Calculate (Berekenen). Na een moment wordt het vak
Resultaten gevuld met de uitkomsten van de berekening.
4. Desgewenst kunt u de uitkomsten voor de Mass Flow Rate
(massaflowsnelheid), Density (dichtheid) en Viscosity (viscositeit) weergeven
in andere eenheden.
5. Selecteer Exit (Afsluiten) als u klaar bent met de testberekeningen.
2-4