Het motoroliepeil controleren
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
stel de parkeerrem in werking en laat de
laderarmen neer.
2.
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat
de motor afkoelen.
3.
Open de motorkap.
4.
Reinig het gebied rond de oliepeilstok
32).
Figuur 32
1. Oliepeilstok
5.
Trek de peilstok uit en veeg het metalen deel
met een doek schoon
6.
Schuif de peilstok helemaal in de buis
32).
7.
Trek de peilstok uit en controleer het oliepeil op
het metalen deel.
8.
Als het oliepeil te laag is (lager dan de onderste
opening), reinigt u de omgeving van de vulbuis
en verwijdert u de dop
9.
Giet langzaam voldoende olie in het klepdeksel
totdat het peil de bovenste opening op de
peilstok bereikt.
Belangrijk:
Giet niet te veel olie in het
carter omdat anders de motor kan worden
beschadigd.
10.
Plaats de olievulbuisdop en de peilstok terug.
11.
Sluit de motorkap.
(Figuur
g004227
2. Olievuldop
(Figuur
32).
(Figuur
(Figuur
32).
Motorolie verversen
1.
Start de motor en laat deze 5 minuten lopen.
Opmerking:
afgetapt.
2.
Parkeer de machine zo dat de aftapkant iets
lager staat dan de andere kant zodat alle olie
kan weglopen.
3.
Breng de armen van de lader omlaag, stel
de parkeerrem in werking, zet de motor af en
verwijder het contactsleuteltje.
4.
Verwijder de aftapplug
1. Aftapplug carterolie
5.
Als alle olie is afgetapt, kunt u de aftapplug weer
terugplaatsen.
Opmerking:
erkend recyclingcentrum.
6.
Verwijder de vuldop
langzaam ongeveer 80% van de gespecificeerde
hoeveelheid olie in het klepdeksel.
7.
Controleer het oliepeil.
8.
Giet langzaam extra olie bij totdat het oliepeil de
bovenste opening op de peilstok bereikt.
9.
Plaats de vuldop terug.
28
Warme olie kan beter worden
(Figuur
33).
Figuur 33
Geef de afgewerkte olie af bij een
(Figuur
32) en giet
g004353