Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Brandstof Bijvullen - Toro TX 525 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor TX 525:
Inhoudsopgave

Advertenties

Inspecteer het terrein waarop u de machine gaat
gebruiken en verwijder afval.
Zorg ervoor dat er zich geen omstanders in het
werkgebied bevinden voordat u de machine start.
Zet de machine af als iemand het gebied betreedt.
Brandstofveiligheid
Wees extra voorzichtig bij het omgaan met
brandstof. Brandstof is ontvlambaar en de dampen
kunnen tot ontploffing komen.
Doof alle sigaretten, sigaren, pijpen en andere
ontstekingsbronnen.
Gebruik uitsluitend een goedgekeurd vat of blik
voor de brandstof.
Wanneer de motor loopt of heet is, mag u
de brandstofdop niet verwijderen of brandstof
toevoegen.
Geen brandstof bijvullen of aftappen in een
afgesloten ruimte.
Bewaar de machine en het brandstofvat niet
op plaatsen waar open vlammen, vonken of
waakvlammen (bv. van een boiler of een ander
toestel) aanwezig kunnen zijn.
Probeer de motor niet te starten als u brandstof
hebt gemorst; voorkom elke vorm van open vuur
of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn
verdwenen.

Brandstof bijvullen

Aanbevolen brandstof
Gebruik uitsluitend schone, verse dieselbrandstof
of biodieselbrandstof met een laag (<500 ppm)
of ultralaag (<15 ppm) zwavelgehalte. Het
cetaangetal moet minimaal 40 zijn. Koop brandstof in
hoeveelheden die u binnen 180 dagen kunt gebruiken
zodat u altijd verse brandstof heeft.
Gebruik zomerdieselbrandstof (nr. 2-D) bij
temperaturen boven -7 °C en winterdieselbrandstof
(nr. 1-D of nr. 1-D/2-D-mengsel) bij temperaturen
beneden -7 °C. Gebruik van winterdieselbrandstof
bij lage temperaturen biedt een lager vlampunt en
een lager stolpunt. Dit vergemakkelijkt het starten en
vermindert de kans dat de filters verstopt raken.
Gebruik van zomerdieselbrandstof bij temperaturen
boven -7 °C zal draagt bij aan een langere
levensduur van de pomp dan bij gebruik van
winterdieselbrandstof.
Belangrijk:
Gebruik geen kerosine of benzine
in plaats van dieselbrandstof. Als u deze
waarschuwing niet in acht neemt, kan dit leiden
tot beschadiging van de motor.
Biodiesel klaar
Deze machine kan ook gebruik maken van een
dieselmengsel tot maximaal B20 (20% biodiesel, 80%
petrodiesel). Het deel petrodiesel moet een laag of
ultralaag zwavelgehalte hebben. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht:
Her deel biodiesel van de brandstof moet voldoen
aan de specificatie ASTM D6751 of EN 14214.
Het dieselmengsel moet voldoen aan de vereisten
van ASTM D975 of EN 590.
Gelakte oppervlakken kunnen worden beschadigd
door biodiesel.
Gebruik bij koud weer B5 (biodieselinhoud 5%) of
mengsels met een lager percentage.
Controleer afdichtingen, slangen en pakkingen,
die in contact met brandstof komen, omdat zij in de
loop der tijd hierdoor kunnen worden aangetast.
Nadat u bent overgestapt op een biodieselmengsel
kan een brandstoffilter een tijdlang verstopt raken.
Neem contact op met uw leverancier als u
informatie over biodiesel wenst.
De brandstoftank(en) vullen
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
stel de parkeerrem in werking (indien aanwezig
op de machine) en laat de laderarmen neer.
2.
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat
de motor afkoelen.
3.
Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder
deze
(Figuur
15).
1. Dop van brandstoftank
14
Figuur 15
g004231

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

2232322323g22324

Inhoudsopgave