Figuur 70
Linkerkant getoond
1. L-beugel
2. Aanslag van koppeling
3. Tussenruimte
9.
Stel de handrem buiten werking.
10.
Draai de wielnaaf met de hand in beide
richtingen ten opzichte van de hendel.
Opmerking:
De wielnaaf moet vrij kunnen
bewegen tussen de hendel.
11.
Als de tussenruimte te klein is of de wielnaaf
niet vrij kan bewegen:
A.
Stel de handrem buiten werking.
B.
Maak de achterste koppeling los en stel
deze af:
•
Kort de koppeling in om een
tussenruimte te maken.
•
Maak de koppeling langer om de
wielnaaf te laten bewegen.
C.
Sluit de achterste koppeling aan.
12.
Schakel de parkeerrem in en controleer de
tussenruimte.
13.
Herhaal stap
9
tot
de wielnaaf vrij kan draaien.
14.
Herhaal deze procedure voor de rem aan de
andere kant.
15.
Draai de vrijgavehendel van het aandrijfwiel
naar de bedrijfsstand; zie
van de aandrijfwielen gebruiken (bladz.
16.
Monteer de achterbanden en draai de
wielmoeren aan; zie
(bladz.
49).
17.
Haal de assteunen weg.
4. Koppeling achteraan
5. Hendel
6. Wielnaaf
13
tot u tussenruimte ziet en
De vrijgavehendels
29).
De wielmoeren controleren
Onderhoud riemen
Riemen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren
Vervang de riem als deze versleten is. Een aantal
indicaties van een versleten riem: een gierend
geluid tijdens het draaien van de riem, de messen
die slippen tijdens het maaien, gerafelde randen en
schroeiplekken en scheuren op de riem.
De tegengesteld draaiende
g026961
riem vervangen
Belangrijk:
De bevestigingen op de deksels
van deze machine zijn zo ontworpen dat ze op
het deksel blijven zitten nadat de bevestiging
is losgemaakt. Draai alle bevestigingen op een
deksel een paar slagen losser zodat het deksel
loszit maar nog wel bevestigd is en draai de
bevestigingen daarna pas helemaal los totdat het
deksel eraf komt. Hiermee voorkomt u dat u per
ongeluk de bouten van de borgringen losdraait.
1.
Schakel de messchakelaar (aftakas) uit, zet de
rijhendels in de
en stel de parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Laat het maaidek zakken tot een maaihoogte
van 76 mm.
4.
Om bij de middelste poelie te komen, verwijdert
u de bouten waarmee het vloerdeel vastzit en
tilt u het vloerdeel op.
5.
Verwijder de plastic riemkap
6.
Draai de 3 bouten los waarmee de metalen
riemkap is bevestigd en verwijder de metalen
riemkap.
53
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
(Figuur
72).