1.
Veeg de smeernippel schoon zodat er geen
ongerechtigheden kunnen binnendringen in het
lager of de lagerbus.
2.
Pomp vet in het lager of de lagerbus.
3.
Veeg overtollig vet af.
4.
Smeer vet op de sleufas van de motor van de
messenkooi en de hefarm als het maaidek wordt
verwijderd voor een onderhoudsbeurt.
5.
Breng elke dag een paar druppels SAE 30
motorolie of een sproeismeermiddel (WD 40)
aan op alle draaipunten na deze te hebben
gereinigd.
Opmerking:
Raadpleeg de Gebruikershandleiding
van het maaidek voor de smeervereisten van de
maaidekken.
Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil
controleert of het carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
Onderhoud van het
luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren—Voer
onderhoud uit aan het luchtfilter
(vaker bij gebruik onder stoffige of
vuile omstandigheden).
•
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die
een luchtlek kan veroorzaken; vervang deze in
geval van beschadiging. Controleer het gehele
luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of
losse slangklemmen.
•
Als u het luchtfilter vervangt voordat dit nodig is,
wordt de kans vergroot dat er vuil in de motor komt
als het filter wordt verwijderd.
•
Zorg ervoor dat het deksel goed vastzit en de
luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
1.
Maak de sluitingen los waarmee het deksel van
het luchtfilter is bevestigd aan het luchtfilterhuis
(Figuur
32).
1. Sluitingen van luchtfilter
2. Stofkap
2.
Verwijder het deksel van het luchtfilterhuis.
3.
Voordat u het filter verwijdert, moet u met schone
en droge perslucht onder lage druk (2,76 bar)
grote hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen
36
Figuur 32
3. Filter
4. Uitlaatklep
g008442