Onderhoud hydraulisch
systeem
Hydraulisch filter vervangen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 10 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de
kortste periode aan)
Als u het filter vervangt, moet u een origineel Toro-filter
(onderdeelnr. 86-3010) monteren.
Belangrijk: Als een ander filter wordt gebruikt, kan de
garantie van bepaalde onderdelen komen te vervallen.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat de
maaidekken neer, zet de motor af, stel de parkeerrem
in werking en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Reinig de omgeving van de plaats waar het filter wordt
gemonteerd. Plaats een opvangbak onder het filter
(Figuur 62) en verwijder het filter.
Figuur 62
1. Hydraulisch filter
3. Smeer de nieuwe filterpakking en vul het filter met
hydraulische vloeistof.
4. Zorg ervoor dat de plaats waar het filter wordt
bevestigd, schoon is. Schroef het filter erop totdat de
pakking contact maakt met de bevestigingsplaat: draai
het filter vervolgens nog eens een 1/2 slag.
5. Start de motor en laat deze ongeveer 2 minuten lopen
om lucht uit het systeem te verwijderen. Zet de motor
af en controleer op olielekkages.
Hydraulische vloeistof
verversen
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Als de vloeistof verontreinigd raakt, moet u contact opnemen
met uw plaatselijke Toro-dealer omdat het systeem dient
te worden schoongespoeld. Verontreinigde hydraulische
vloeistof ziet er in vergelijking met schone vloeistof
melkachtig of zwart uit.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat de
maaidekken neer, zet de motor af, stel de parkeerrem
in werking en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Maak de grote hydraulische slang (Figuur 63) los van
het reservoir en laat de hydraulische vloeistof in een
opvangbak lopen. Breng de hydraulische slang terug
aan als er geen hydraulische vloeistof meer naar buiten
komt.
1. Hydraulische slang
3. Vul het reservoir (Figuur 64) met ongeveer 13,2 liter
hydraulische vloeistof; zie Hydraulische vloeistof
controleren.
Belangrijk: Gebruik uitsluitend de
gespecificeerde hydraulische vloeistoffen.
Andere vloeistoffen kunnen schade aan het
systeem veroorzaken.
1. Dop van de hydraulische tank
4. Plaats de dop weer op het reservoir. Start de motor
en gebruik alle hydraulische bedieningsorganen om
de hydraulische vloeistof door het hele systeem te
verspreiden. Controleer ook op lekkages; zet daarna
de motor af.
44
Figuur 63
Figuur 64