Voorbereidingen
Naald op het scherm selecteren
Na het verwisselen van de naald kan worden gecontroleerd, of deze met de geselecteerde steekplaat kan
worden gebruikt.
> Druk op het symbool «Steekplaat-/Naaldselectie».
> Selecteer de bevestigde naald.
Naaldsoort en naalddikte kiezen
Handige herinneringsfunctie: Om geen informatie te verliezen, kan de naaldsoort en de naalddikte speciaal
in de machine worden opgeslagen. De opgeslagen naaldsoort en naalddikte kunnen op deze wijze altijd
worden gecontroleerd.
> Druk op het symbool «Steekplaat-/Naaldselectie».
> Druk op het symbool «Naaldsoort/Naalddikte».
> Selecteer de naaldsoort (1) van de bevestigde naald.
> Selecteer de naalddikte (2) van de bevestigde naald.
1
2
Naaldstand boven/onder instellen
> Druk op het symbool «Naald boven/onder» om de naald omlaag te zetten.
> Druk nogmaals op het symbool «Naald boven/onder» om de naald omhoog te zetten.
Naaldstand links/rechts instellen
Er zijn in totaal 11 naaldstanden. De naaldstand wordt op het beeldscherm door het naaldstandcijfer
weergegeven.
> Druk op het symbool «Naald links» (1) om de naaldstand naar links in te stellen.
39