[120] Hoe te gebruiken
apparaat instellen
Autom. kadreren (stilstaand beeld)
Wanneer dit apparaat gezichten, onderwerpen voor macro-opname of onderwerpen die
worden gevolgd door [AF-vergrendeling] detecteert en opneemt, snijdt het apparaat
automatisch het beeld bij naar een geschikte compositie en slaat dit op. Het oorspronkelijke
maar ook het bijgesneden beeld worden opgeslagen. Het bijgesneden beeld wordt
opgeslagen in hetzelfde formaat als het originele beeldformaat.
1. MENU →
Menu-onderdelen
Uit (standaardinstelling):
De beelden worden niet bijgesneden.
Automatisch:
De beelden worden automatisch bijgesneden naar een geschikte compositie.
Opmerking
Afhankelijk van de opnameomstandigheden is het mogelijk dat het bijgesneden beeld niet
de optimale compositie is.
[121] Hoe te gebruiken
apparaat instellen
SteadyShot (stilstaand beeld)
Stelt in of de functie SteadyShot moet worden gebruikt of niet.
1. MENU →
Menu-onderdelen
De opnamefuncties gebruiken
(Camera- instellingen) → [
De opnamefuncties gebruiken
(Camera- instellingen) → [
De overige functies van dit
Autom. kadreren] → gewenste instelling.
De overige functies van dit
SteadyShot] → gewenste instelling.