Bediening
Bediening
VAKANTIEPROGRAMMA
Tijdens vakanties wanneer er niemand thuis is, moeten de verwar-
ming, het warm water en de ventilatie niet op volle toeren draaien.
Alle gevraagde temperaturen worden ingesteld op de gevraagde
waarden van de paraatheidsfunctie. Definieer de eerste en de
laatste dag van de vakantieperiode. Na afloop van de vakantie
werkt het toestel weer volgens de ingestelde programma's.
VAKANTIE BEGIN
DAG
MAAND
JAAR
UUR
MINUUT
VAKANTIE EINDE
DAG
MAAND
JAAR
UUR
MINUUT
PARTYPROGRAMMA
Bij deze menuoptie kunt u de dagwerking met enkele uren ver-
lengen. Voer de begin- en de eindtijd van uw party in. Het is
mogelijk tijden in te stellen die verder reiken dan het einde van
de begindag.
INSTELLINGEN
VERWARMEN
Met dit toestel kunnen twee verwarmingscircuits gebruikt worden,
bijv. een direct verwarmingscircuit voor een radiatorverwarming
en een gemengd verwarmingscircuit voor een vloerverwarming.
Ga naar het submenu „K.TEMPERATUREN HK1" voor de instellin-
gen van het eerste verwarmingscircuit.
K.TEMPERATUREN HK1
KAMERTEMP. DAG HK1
KAMERTEMP. NACHT HK1
KAMERTEMP. STAND-BY HK1
NOM. VERW.CIRC. MAN. HK1
KAMERTEMPERATUUR HK1
Stel de gewenste nominale kamertemperatuur in voor de dag-,
de nacht- en de paraatheidswerking.
NOM. VERW.CIRC. MAN. : Stel bij deze menuopties de verwar-
mingsaanvoertemperatuur in voor de manuele werking.
KAMERTEMPERATUUR : Deze menuoptie, de weergave van de mo-
mentele waarde, wordt alleen weergegeven wanneer een kamer-
temperatuursensor is aangesloten.
K.TEMPERATUREN HK2
Zie het hoofdstuk „K.TEMPERATUREN HK1". Stel op dezelfde wijze
de waarden in dit submenu in.
10 | LWZ 5-8 CS Premium / LWZ 5 S Plus / LWZ 5-8 S Trend / LWZ 5 S Smart
VERW.CURVE HK1
STIJGING HK1
VOETPUNT HK1
KAMERINVLOED HK1
AANDEEL AANVOER HK1
NOM. WAARDE MAX HK1
NOM. WAARDE MIN HK1
VERW.CURVE HK1
Alleen als de verwarmingscurve correct is ingesteld voor het ge-
bouw, blijft de kamertemperatuur bij iedere buitentemperatuur
constant. De keuze van de juiste verwarmingscurve is dus uiterst
belangrijk. Hoe nauwkeuriger de verwarmingscurve is ingesteld,
des te zuiniger werkt het toestel. Probeer daarom uw verwar-
mingscurve te optimaliseren. Verlaag de huidige verwarmings-
curve tot de aanvoertemperatuur nog net voldoende is voor het
verwarmen. Het doel is een zo vlak mogelijke verwarmingscurve.
f Open de thermostaatkranen in een referentieruimte, bijvoor-
f
beeld in de woon- of badkamer, volledig (kop verwijderen).
f Pas bij verschillende buitentemperaturen de verwarmings-
f
curve zo aan dat de gewenste temperatuur in de referentie-
ruimte (woon- of badkamer) wordt bereikt. Nu wordt de ka-
mertemperatuur in deze ruimtes met de verwarmingscurve
(zie volgende afbeelding) geregeld.
Richtwaarden voor het begin:
Parameters
Vloerverwarming radiatorverwar-
STIJGING
0,4
VOETPUNT
K 3
KAMERTEMP. DAG °C 20
1
2
∆Y
∆X
X Buitentemperatuur [°C]
Y Nominale temperatuur verwarmingscircuit [°C]
1 Invloed stijging
Stijging = ΔY/ΔX
= temperatuurverandering verwarmingscircuit/verandering
buitentemperatuur
2 Invloed voetpuntverschuiving
3 Verwarmingscurve
4 Invloed gevraagde kamerwaarde
5 Voetpunt
ming
0,8
10
20
3
4
5
www.stiebel-eltron.com