Inhoudsopgave
Advertenties
Spuit
OPGELET
Laat de pomp nooit drooglopen. Een droge pomp zal
snel harder gaan lopen en mogelijk schade
veroorzaken.
1. Vullen. Zie Voorvullen/spoelen op pagina 15.
2. Voer Drukontlastingsprocedure op pagina 14 uit.
3. Installeer de tip en de tipbeschermer op het pistool.
4. Open de zelfontlastende hoofdluchtklep (B).
5. Draai de instelknop van de regelaar (G)
totdat de meter (F) de gewenste druk aangeeft.
Draai rechtsom om de druk te verhogen en linksom
om de druk te verlagen.
6. Schakel de trekkervergrendeling van het pistool uit.
312438S
TI5048a
7. Spuit een testpatroon. Lees de aanwijzingen van
de fabrikant van het materiaal. Stel zo nodig bij.
Wanneer u een AA-spuitpistool gebruikt, test u het
spuitpatroon tijdens het verhogen van de druk van
de pistoollucht.
8. Uitsluitend voor zinkspuitapparaten: Wanneer u niet
aan het spuiten bent, verlaag de druk tot 30 psi
(2,1 MPa; 21 bar). Open de retourleiding en sluit
de klep van het spuitpistool.
9. Spoel nadat u klaar bent met spuiten.
Zie Voorvullen/spoelen op pagina 15.
10. Voer Drukontlastingsprocedure op pagina 14 uit.
Het circuleren van zinkmateriaal
1. Sluit het ventiel van de retourleiding tijdens het spuiten
van zinkmaterialen. Tijdens het spuiten hoeft geen
circulatie plaats te vinden.
2. Wanneer u niet spuit, kunt u het materiaal terug
in de aanvoertank laten stromen door het ventiel
in de retourleiding te openen en de veiligheidspal
op de hendel van het spuitpistool te vergrendelen.
De pomp blijft in werking.
3. Ontlast altijd de druk voordat u afsluit voor de
nacht, bij het verwisselen van de spuitkoppen of bij
inspectie of onderhoud van een onderdeel van het
systeem. Tijdens het circuleren bevat de slang van
het spuitpistool materiaal dat u eruit moet laten
lopen.
Spuit
17
Advertenties
Inhoudsopgave
