Inhoudsopgave
Advertenties
24
Tabel 7. NSBxxxx-foutcodes en -foutberichten (vervolg)
Foutcode
Foutbericht
NSB72505
BOOTP-opties langer dan
maximaal toegestane
lengte van BOOTP-optie.
Netwerkcommunicatieberichten (NSB8xxxx)
NSB80509
Bestemming onbereikbaar,
retourcode x%d.
NSB80519
Aanvraag ICMP-masker
mislukt.
NSB80529
Verzoek ICMP-router
mislukt.
NSB80539
DNS-fout (Domain Name
Server) retourcode %d.
NSB80549
Gegevenspakket kan niet
worden opgedeeld,
gegevens niet verzonden.
NSB80550
Overdracht beëindigd
door gebruiker.
NSB81509
Time-out bij wachten op
TFTP-respons.
NSB81519
TFTP-fout - %d %s.
NSB83509
Bestand kan niet worden
geladen met protocol van
opstartserver.
NSB83519
Geen toegang tot opstart-
bestand van enige server.
NSB83529
Geen contact mogelijk met
opstartserver x%s.
Opstartserver x %s kan
NSB83539
niet worden gePINGd.
NSB83549
Bestand kan niet worden
geopend.
NSB83560
Ongeldige naam van
opstartbestand of
-directory.
Wat moet u doen
Controleer of de BOOTP-serverinstellingen
correct zijn.
Controleer of er geen problemen zijn met
het netwerk en start de thin client opnieuw
op.
Controleer of er geen problemen zijn met
het netwerk en start de thin client opnieuw
op.
Controleer of er geen problemen zijn met
het netwerk en start de thin client opnieuw
op.
Controleer of er geen problemen zijn met
het netwerk en start de thin client opnieuw
op.
Controleer of er geen problemen zijn met
het netwerk en start de thin client opnieuw
op.
Start de thin client opnieuw op.
TFTP-berichten (NSB81xxx)
Start de thin client opnieuw op. Als
hiermee het probleem niet is verholpen,
controleert u of de netwerkkabel op de
juiste wijze is aangesloten op de thin
client.
Let op de berichten die volgen op dit
bericht en voer de aangegeven
handelingen uit.
Berichten van opstartserver (NSB83xxx)
Controleer of het opstartprotocol
overeenstemt met de serverinstellingen in
de setup utility.
Controleer de configuratie-instellingen in
de setup utility en bevestig de server-
configuratie.
Controleer of de instellingen voor de
opstartserver correct zijn geconfigureerd.
Controleer de configuratie-instellingen in
de setup utility en bevestig de server-
configuratie.
Bevestig de serverconfiguratie.
Controleer de configuratie-instellingen in
de setup utility en bevestig de server-
configuratie.
Advertenties
Inhoudsopgave
