B
Opmerkingen over het opslaan van gegevens
Nadat u foto's hebt gemaakt of films hebt opgenomen, knippert het aantal resterende opnamen of de
resterende opnametijd terwijl foto's of films worden opgeslagen. Open het deksel van het batterijvak/de
kaartsleuf niet. Anders kunnen er foto- of filmgegevens verloren gaan of kan de camera of de
geheugenkaart beschadigd raken.
B
Opmerkingen over het opnemen van films
• Geheugenkaarten met een SD Speed Class-classificatie van 6 of sneller worden aanbevolen om films op te
nemen (F20). De filmopname kan onverwachts stoppen wanneer geheugenkaarten met een lagere
Speed Class-waarde worden gebruikt.
• De beeldkwaliteit wordt minder als de digitale zoom wordt gebruikt. Zodra de opname eindigt, wordt de
digitale zoom uitgeschakeld.
• Het geluid van de werking van de zoomknop, de zoom, de scherpstelbewegingen van het objectief, de
vibratiereductie en de werking van het diafragma bij verandering van de helderheid kunnen worden
opgenomen.
• De volgende fenomenen kunnen op de monitor worden vastgesteld terwijl films worden opgenomen.
Deze fenomenen worden opgeslagen in de opgenomen films.
- In beelden die werden gemaakt bij TL-licht, kwikdamplampen of natriumdamplampen kan er
bandvorming optreden.
- Onderwerpen die zich snel van de ene kant van het beeld naar de andere kant verplaatsen, zoals een
trein of wagen, kunnen er scheef uitzien.
- Het volledige filmbeeld kan scheef zijn wanneer de camera wordt gezwenkt.
- Verlichting of andere heldere gebieden kunnen spookbeelden geven wanneer de camera wordt
verplaatst.
• Afhankelijk van de afstand tot het onderwerp of de zoomfactor die is toegepast, bevatten onderwerpen
met herhaalde patronen (stoffen, vensters met traliewerk, enz.) mogelijk gekleurde strepen
(interferentiepatronen, moiré, enz.) tijdens het opnemen en afspelen van films. Dit doet zich voor als het
patroon in het onderwerp en de lay-out van de beeldsensor elkaar beïnvloeden. Dit is geen storing.
B
Cameratemperatuur
• De camera kan warm worden bij het langdurig opnemen van films of als de camera wordt gebruikt op
een hete locatie.
• Als de binnenzijde van de camera te heet wordt tijdens filmopnamen,
beëindigt de camera mogelijk automatisch de opname na
10 seconden om schade aan de camera te voorkomen.
De resterende tijd tot de camera de opname stopt (B10 sec.) wordt
weergegeven.
Als de camera stopt met opnemen, schakelt deze zichzelf uit.
Laat de camera uitgeschakeld tot de binnenzijde van de camera is
afgekoeld.
1 0 s
1 0 s
1 4 m 3 0 s
1 4 m 3 0 s
89