Pagina 1
Omnipod DASH -insulinetoedieningssysteem ® Gebruikershandleiding...
Pagina 2
Welkom bij Omnipod DASH ® Deze handleiding bevat stapsgewijze instructies om aan de slag te gaan met uw nieuwe Omnipod DASH-systeem.
Pagina 4
PDM-model PDM-INT1-D001-MG Toegang tot de volledige gebruikershandleiding voor technische ondersteuning van het Omnipod DASH-systeem Op elk moment tijdens het gebruik van de Omnipod DASH kunt u de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning raadplegen of opvragen. Download of print een digitaal exemplaar: - Scan deze QR-code met uw smartphone - Bezoek de website omnipod.com/guides...
Instellen van een (tijdelijke) basaalsnelheid ..........27 Geavanceerde insulinetoedieningsfuncties ..........28 Kennisgevingen en Alarmen ................29 Probleemoplossing ..................31 Hypoglykemie (lage glucose) ...............31 Hyperglykemie (hoge glucose) ..............33 Omgaan met ziektedagen ................36 Bijlage ....................... 39 Veiligheid tijdens gebruik van het Omnipod DASH-systeem ....46...
Voordat u begint, dient u de hier beschreven instructies te volgen. Training Om uw Omnipod DASH-systeem veilig en effectief te gebruiken, is het belangrijk om te leren hoe u er op de juiste manier mee omgaat. Er zijn verschillende trainingsmethoden beschikbaar, afhankelijk van uw voorkeur en die van uw zorgverlener.
Draag wat u wilt en doe wat u wilt. Met het Omnipod DASH-systeem maakt u de insulinetoediening eenvoudiger, zodat u uw leven kunt leiden en uw diabetesbehandeling daar zonder problemen deel van uitmaakt.
• Glucagonnoodset en schriftelijke instructies voor het toedienen van een injectie wanneer u bewusteloos bent • Telefoonnummers van uw zorgverlener in geval van nood LET OP: Raadpleeg de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning. *Alleen Pods van het Omnipod DASH-systeem kunnen communiceren met de Persoonlijke Diabetesmanager van het Omnipod DASH-systeem.
Inleiding XXXXX De Pod XXXX De Pod van het Omnipod DASH-systeem Een Pod met Bluetooth® die zowel basaal- als bolusinsuline toedient. BOVENKANT ROZE INVOEGSCHUIFREGELAAR KIJKVENSTER ONDERKANT VULPOORT BESCHERMLAAG PLEISTER NAALDDOP...
Inleiding XXXXX De Persoonlijke Diabetesmanager XXXX De Persoonlijke Diabetesmanager van het Omnipod DASH-systeem Een Persoonlijke Diabetesmanager (PDM) met Bluetooth® waarmee u alle functies van de Pod bedient. Het Home-scherm MENUPICTOGRAM MICRO-B USB-POORT • Bekijken van de huidige status van de...
In het hoofdstuk "Geavanceerde functies van het Omnipod DASH-systeem" leest u meer over bolussen voor een bepaalde maaltijd met het Omnipod DASH-insulinetoedieningssysteem. Beaser RS. Joslin’s Diabetes Deskbook: A guide for primary care providers. 3rd ed. Boston, MA. Joslin Diabetes Center; 2014...
• Maak er een gewoonte van om uw PDM-batterij elke dag op een vast tijdstip op te laden. Note: Zie voor meer details over veilig gebruik van de PDM en de PDM-batterij "Hoofdstuk 11: Verzorgen van uw PDM en Pod" in de volledige technische gebruikershandleiding van het Omnipod DASH-systeem.
PDM Omnipod DASH-systeem voor de eerste keer instellen U heeft uw eerste pomptherapie-instellingen nodig om uw nieuwe PDM in te stellen. Deze instellingen worden door uw zorgverlener verstrekt. • Druk op de aan/uit-knop om uw PDM uit • U begint eerst met het...
Instructies Omnipod DASH-systeem XXXXX Plaatsing/voorbereiding/tips Pod XXXX Voel u comfortabel en vertrouwd met uw Omnipod DASH-Pod Zo plaatst u Het is eenvoudig om een plaats voor uw Pod te vinden. En de Pod is zonder een Pod slangetjes te dragen en licht in gewicht.
- Flacon met 100-E snelwerkende insuline op kamertemperatuur. (Raadpleeg de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning van het Omnipod DASH-systeem voor de soorten insuline die zijn getest en veilig zijn bevonden voor gebruik met het Omnipod DASH- insulinetoedieningssysteem.) - Alcoholdoekjes • Was uw handen 1.
Instructies Omnipod DASH-systeem XXXXX Activeren van een nieuwe Pod XXXX Vullen van de Pod 1. Verwijder de vulspuit en -naald uit de steriele verpakking. Houd de Pod tijdens het activeren in het bakje. - Maak de bovenkant van de insulineflacon...
- Spuit de insuline volledig in de Pod - De Pod piept twee keer om aan te geven dat het Omnipod DASH-systeem klaar is om verder te gaan - Pak de PDM er weer bij. Als de PDM weer in de slaapstand staat, houd dan de aan/uit-knop ingedrukt om deze weer aan te zetten.
Pagina 19
Instructies Omnipod DASH-systeem XXXXX Activeren van een nieuwe Pod XXXX Aanbrengen van de Pod (vervolg) 3. Verwijder de naalddop 2. Voor optimale kleefkracht reinigt u de van de Pod. plaats altijd eerst grondig met een alcoholdoekje om alle huidolie en...
Instructies Omnipod DASH-systeem XXXXX Activeren van een nieuwe Pod XXXX Druk op Start 3. De Pod brengt de canule 1. Tik op START 2. Controleer of de Pod stevig op uw lichaam is automatisch in en geeft aangebracht en een voorvulbolus af om...
Instructies Omnipod DASH-systeem XXXXX Vervangen van de Pod XXXX Zo vervangt u een Pod Het kan nodig zijn uw Pod te vervangen: • Als het reservoir bijna leeg of leeg is, of als de uiterste gebruiksdatum van de Pod nadert of is verstreken •...
Belangrijkste acties bij insulinetoediening Toedienen van een bolus 1. Tik in het Home-scherm op de Bolusknop 2. Tik op het invoerveld Voer KH in om het aantal koolhydraten in te voeren. Synchroniseer of voer uw BG handmatig in door op het invoerveld BG INVOEREN te tikken.
Pagina 23
3. Controleer de CGM-waarden en tik dan op BEVESTIG 4. Tik op START om de bolustoediening te starten...
Belangrijkste acties bij insulinetoediening Bewerken van een actief basaalprogramma OPMERKING: Om een actief basaalprogramma te bewerken, dient u de insulinetoediening te onderbreken. 1. Tik in het Home-scherm op het tabblad Basaal. Tik op WEERGEVEN 2. Tik op BEWERKEN Disclaimer: Deze schermafbeeldingen zijn alleen voor demonstratiedoeleinden. De getoonde CGM-waarden zijn educatief en weerspiegelen mogelijk niet de werkelijkheid.
Pagina 25
3. Tik op INSULINE 4. Tik op de ONDERBREKEN programmanaam of het label om deze te bewerken, of tik op VOLGENDE om basaalsegmenten en -snelheden aan te passen 5. Tik als u klaar bent met bewerken op INSULINE HERVATTEN...
Belangrijkste acties bij insulinetoediening Onderbreken van de insulinetoediening 1. Tik in het Home-scherm op het Menupictogram 2. Tik op Insuline onderbreken en volg de instructies op het scherm Disclaimer: Deze schermafbeeldingen zijn alleen voor demonstratiedoeleinden. De getoonde CGM-waarden zijn educatief en weerspiegelen mogelijk niet de werkelijkheid.
Instellen van een tijdelijke basaalsnelheid 2. Tik op Tijdelijke 1. Tik in het Home-scherm basaalsnelheid op het Menupictogram instellen 3. Tik op het invoerveld Basaalsnelheid en selecteer de gewenste wijziging (in %). Tik op het invoervak Duur en kies de gewenste tijdsduur.
Deze functie wordt meestal gebruikt voor personen die een vaste bolus-hoeveelheid bij een maaltijd voorgeschreven krijgen. Zie voor informatie over de instelling en het gebruik van deze geavanceerde functies de volledige gebruikershandleiding voor technische ondersteuning van het Omnipod DASH-systeem.
Zie voor meer informatie over waarschuwingsalarmen "Hoofdstuk 10: Alarmen, kennisgevingen en communicatiefouten" in de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning van uw Omnipod DASH-insulinetoedieningssysteem. WAARSCHUWING: • Het waarschuwingsalarm Reservoir bijna leeg gaat over naar het gevarenalarm Leeg reservoir als de insuline op is. Reageer dus op dit signaal als dit voor de eerste keer wordt gegeven.
PDM om het probleem snel te verhelpen. Herinneringen Een herinnering is een kennisgeving die u op elk gewenst moment kunt uitzetten en naar behoefte kunt instellen. Uw Omnipod DASH-systeem heeft een aantal verschillende herinneringen: • Bloedglucose (BG)-herinnering: Uw PDM kan u eraan herinneren uw BG te controleren telkens wanneer u een bolus toedient.
Zie voor meer informatie de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning van uw Omnipod DASH-systeem. LET OP: Raadpleeg de gebruikershandleiding voor technische ondersteuning. De bovenstaande algemene richtlijnen zijn afkomstig van het Joslin Diabetes Center. Raadpleeg uw zorgverlener voor advies op maat.
Probleemoplossing Hyperglykemie Probleemoplossing regelmatige hyperglykemie Controleer de instellingen van de Persoonlijke Diabetesmanager Controleer het status-scherm Controleer Mijn gegevens • Laatste bolus: was de bolus • Alarmgeschiedenis: Hebt u te klein? alarmen waarop u had moeten reageren genegeerd of niet - Was de timing van de gehoord? bolus juist? - Hebt u rekening gehouden...
Probleemoplossing Hyperglykemie Controleer de Pod Controleer uw pleister Controleer uw canule via • Komt de pleister van uw huid los? het kijkvenster • Komt de Pod los van de pleister? • Is de canule nog juist gesitueerd? Indien JA, en als de canule •...
Probleemoplossing Omgaan met ziektedagen Omgaan met ziektedagen Actieplan Bespreek met uw zorgverlener hoe u om moet gaan met ziektedagen. De onderstaande richtlijnen en aanbevelingen kunnen afwijken van de richtlijnen van uw zorgverlener. Noodgevallen Neem in de volgende gevallen direct contact op met uw zorgverlener: •...
Pagina 37
Mijn XXXXX XXXX U kunt het volgende werkblad gebruiken om de PDM-instellingen van uw huidige PDM op te schrijven. Maximale basale ______E/U snelheid 00:00 _____ tot _____ _____E/u _____ tot _____ _____E/u Totaal dagelijkse basaal Basaal 1 _____ tot _____ _____E/u _____E _____ tot _____...
XXXXX Bijlage XXXX Overzicht van de instellingen en opties Hieronder staan de opties voor de verschillende instellingen van het Omnipod DASH-insulinetoedieningssysteem: Tijdsindeling 12-uursnotatie of 24-uursnotatie. Tijdzones GMT -11:00 uur tot GMT +13:00 uur. Datumformaat MM/DD/JJ DD/MM/JJ MM.DD.JJ DD.MM.JJ JJ-MM-DD Time-out scherm 30, 60, 120 seconden.
XXXXX Bijlage XXXX Drempel Corrigeren boven Maximaal 8 segmenten; Streefwaarde voor BG tot 200 mg/dL in stappen van 1 mg/dL. Minimale BG voor berekeningen 50 tot 70 mg/dL in stappen van 1 mg/dL. Standaard is 70 mg/dL. Insuline/KH-verhouding Maximaal 8 segmenten; 1 tot 150 g KH/E in stappen van 0,1 g KH/E.
Pagina 41
XXXXX Bijlage XXXX Volume reservoir (toedienbaar): 200 eenheden Inbrengdiepte canule: 4-7 mm (0,16-0,28 inch) Diepte van insuline-infusie: ≥ 4 mm (≥ 0,16 inch) Waterdichtheid: IP28 (7,6 meter (25 voet) gedurende maximaal 60 minuten) Insulineconcentratie: 100-E Alarmtype: hoorbaar. Uitgangssignaal: ≥ 45 db(A) op 1 meter Bereik relatieve vochtigheid tijdens in bedrijf: 20% tot 85%, niet-condenserend Bereik relatieve vochtigheid tijdens opslag: 20% tot 85%, niet-condenserend Atmosferische druk tijdens in bedrijf: 700 hPA tot 1060 hPA...
XXXXX Bijlage XXXX Specificaties van de PDM Afmeting: 2,52” breed x 4,79” lang x 0,39” hoog (6,4 cm x 12,2 cm x 1,0 cm) Gewicht: 106 gram (3,74 oz) Actief schermgebied: 10,2 cm diagonaal ± 5% (4,0” ± 5%) Bereik bedrijfstemperatuur: 5 °C tot 40 °C (41 °F tot 104 °F) Bereik oplaadtemperatuur: 5 °C tot 40 °C (41 °F tot 104 °F) Bereik opslagtemperatuur: 0 °C tot 30 °C (32 °F tot 86 °F) Bereik relatieve vochtigheid tijdens in bedrijf: 20% tot 90%, niet-condenserend...
Verstoppingsdetectie Een verstopping is een blokkade of onderbreking van de insulinetoediening door de Pod. Als het Omnipod DASH-systeem een verstopping detecteert, klinkt er een gevarenalarm en wordt er aangegeven dat u de Pod moet deactiveren en vervangen. Er klinkt een verstoppingsgevarenalarm als er gemiddeld 3 tot 5 eenheden insuline zijn overgeslagen.
XXXXX Bijlage XXXX Etiketsymbolen van het Omnipod DASH-systeem De volgende symbolen staan op het Omnipod DASH-systeem of de verpakking: Symbool Betekenis Symbool Betekenis Uitsluitend voor eenmalig Niet veilig voor MRI gebruik Raadpleeg de Niet gebruiken als de meegeleverde verpakking is beschadigd...
Veiligheid tijdens gebruik van het Omnipod DASH-systeem Algemene waarschuwingen Waarschuwing: De insulinetoediening wordt niet automatisch hervat na een Waarschuwing: Probeer NIET om het periode van onderbreking. U moet op Omnipod DASH-systeem te gebruiken INSULINE HERVATTEN tikken om de voordat u hiervoor training hebt gekregen.
Waarschuwing: Snelwerkende 100-E instructies in deze gebruikershandleiding insuline: het Omnipod DASH-systeem is hebt opgevolgd. ontwikkeld voor de toediening van Waarschuwing: snelwerkende 100-E insuline. De volgende Volg de richtlijnen van uw...
Waarschuwing: Waarschuwing: Onbehandelde DKA kan Zorg ervoor dat er geen leiden tot ademhalingsmoeilijkheden, lucht in de vulspuit zit wanneer u de shock, coma en in het ergste geval insuline in de Pod gaat injecteren. Lucht in overlijden. de insuline in de Pod kan ervoor zorgen dat de toediening van insuline wordt onderbroken.
Als een geactiveerde Pod geen instructies voor het toedienen van injecties pieptoon geeft, dient u deze onmiddellijk zodat u de juiste hoeveelheid insuline te vervangen. Als u het Omnipod DASH- krijgt toegediend. systeem in deze situatie blijft gebruiken, Waarschuwing:...
Een kleinere afstand kan de prestaties van ingesteld. De ingestelde tijd is belangrijk het systeem nadelig beïnvloeden. voor diverse functies van het Omnipod DASH-systeem en kan van invloed zijn op Voorzorgsmaatregelen glucose de toediening van uw insuline. Let op: Meet altijd eerst uw Let op: Zorg dat u de tijd juist instelt.
Voorzorgsmaatregelen computer of een ander apparaat. Verbind nooit een USB-kabel met uw PDM om een instellingen andere reden. Let op: Raadpleeg uw zorgverlener voordat Let op: Verbind geen USB -kabel met uw u de instellingen Basaal, Bolus en Bereik PDM die langer is dan 1,2 m (4 voet). BG-doel wijzigt.