De gashendel afstellen
Stel de kabel van de gashendel
de regelhendel op de motor contact maakt met de
stelbout voor hoog toerental op hetzelfde punt waar
de kabel van de gashendel contact maakt met het
uiteinde van de sleuf in de bedieningsarm.
Figuur 57
1. Gaskabel
(Figuur
57) zo af, dat
g026803
47
Onderhoud
brandstofsysteem
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden zijn brandstof
en brandstofdampen uiterst ontvlambaar en
explosief. Brand of explosie van brandstof
kan brandwonden of materiële schade
veroorzaken.
• Vul de brandstoftank in de open lucht
wanneer de motor koud is en uit staat.
Eventueel gemorste brandstof opnemen.
• Vul de brandstoftank niet helemaal vol.
Vul de brandstoftank tot 25 mm vanaf de
bovenkant van de tank, niet de vulbuis. Dit
geeft de brandstof in de tank ruimte om uit
te zetten.
• Rook nooit wanneer u met brandstof bezig
bent en houd de brandstof weg van open
vlammen of vonken.
• Bewaar de brandstof in schone, veilige en
goedgekeurde containers en zorg dat de
dop op zijn plaats blijft.
Brandstof aftappen uit de
brandstoftank
Onderhoudsinterval: Om de 800 bedrijfsuren
Vóór de stalling
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat
de maai-eenheden zakken, stel de parkeerrem in
werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje.
De tank moet worden afgetapt en gereinigd als
het brandstofsysteem vervuild raakt of wanneer de
machine voor langere tijd wordt gestald. Gebruik
schone brandstof om de tank uit te spoelen.
Brandstofleidingen en
aansluitingen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaar-
lijks (houd hierbij de kortste periode
aan)
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat
de maai-eenheden zakken, stel de parkeerrem in
werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje.
Inspecteer de brandstofleidingen op slijtage,
beschadigingen of loszittende verbindingen.