Figuur 45
1. Beugel van aftapventiel
2. Steunbout (aftapventiel)
4.
Plaats de opvangbak onder het uiteinde van het
ventiel en draai de hendel van het ventiel naar
de open stand
(Figuur
5.
Als de tank volledig leeggelopen is, draait u
de handgreep van het aftapventiel dicht en
monteert u het ventiel op de beugel
en
Figuur
45A).
Belangrijk:
Voer chemicaliën uit de
spuittank af volgens de plaatselijk geldende
voorschriften en de instructies van de
fabrikant van het materiaal.
De interne onderdelen van de spuitmachine
reinigen
Belangrijk:
Gebruik uitsluitend schoon water om
de spuitmachine te reinigen.
Belangrijk:
Laat de spuitmachine en eventuele
aangekoppelde spuitwerktuigen altijd onmiddellijk
na elk gebruik leeglopen en spoel deze schoon.
Indien u de spuitmachine niet schoonspoelt
en reinigt, kunnen de chemische stoffen
uitdrogen en de leidingen, filters, kleppen,
spuitdopbehuizingen, pomp en andere onderdelen
verstopt raken.
g191083
3. Hendel van aftapventiel
(open)
45B).
(Figuur
45B
Gebruik de goedgekeurde spoelset voor deze
machine. Neem voor meer informatie contact op met
uw erkende Toro verdeler.
Opmerking:
De aanbevelingen en instructies die
volgen gaan ervan uit dat de Toro spoelspet niet
gemonteerd is.
Reinig het spuitsysteem en eventuele aangekoppelde
spuitwerktuigen na elke spuitbeurt. Om het
spuitsysteem goed te reinigen, moet u als volgt te
werk gaan:
•
Voer 3 afzonderlijke spoelcyclussen uit.
•
Gebruik de reinigings- en neutraliseermiddelen die
worden aanbevolen door de fabrikanten van de
chemische stoffen.
•
Gebruik zuiver, schoon water (zonder reinigings-
en neutraliseermiddelen) voor de laatste
spoelbeurt.
1.
Vul de tank met minstens 190 liter schoon water
en sluit het deksel.
Opmerking:
reinigings-/neutraliseermiddel toevoegen aan
het water. Gebruik alleen schoon water voor de
laatste spoeling.
2.
Laat de buitenste spuitbomen neer in de
spuitstand.
3.
Start de motor, zet de spuitpompschakelaar
A
en zet de gashendel op een hoog
AN
motortoerental.
4.
Zet de mengschakelaar op A
5.
Gebruik de schakelaar voor de gebruiksdosis
om de druk te verhogen naar een hoge instelling.
6.
Zet de afzonderlijke spuitboomschakelaars en
de hoofdschakelaar van de spuitbomen op A
7.
Controleer of alle spuitdoppen naar behoren
werken.
8.
Laat al het water in de tank via de spuitdoppen
naar buiten spuiten.
9.
Zet de hoofdschakelaar van de spuitbomen op
U
, zet de mengschakelaar en de schakelaar
IT
van de spuitpomp op U
10.
Herhaal stappen
keer om er zeker van te zijn dat het spuitsysteem
volkomen is gereinigd.
Belangrijk:
spoelcyclussen uitvoeren om er zeker
van te zijn dat het spuitsysteem en de
spuitwerktuigen helemaal schoon zijn om
schade aan het systeem te voorkomen.
42
Indien nodig kunt u een
.
AN
en zet de motor af.
IT
1
tot en met
9
nog minstens 2
U moet altijd drie
.
AN