maaien. Een machine met een defect kan ernstige
schade oplopen als deze wordt gebruikt.
Gras maaien
Start de motor en zet de motorsnelheidsschakelaar
op S
. Zet de maaisnelheidbegrenzer op M
NEL
Zet de aftakasschakelaar op A
hefschakelaar om de maai-eenheden te bedienen
(de voorste maai-eenheden zijn zo ingesteld dat ze
vóór de achterste naar beneden gaan). Om vooruit te
rijden en het gras te maaien, moet u de tractiepedaal
naar voren intrappen.
De machine laten rijden in
Transportmodus
Zet de schakelaar van de vermogenaftakas op
U
en breng de maai-eenheden omhoog in de
IT
transportstand. Zet de maaisnelheidbegrenzer in
de transportstand. Wees voorzichtig als u tussen
objecten rijdt zodat u de machine of de maaidekken
niet per ongeluk beschadigt. Wees extra voorzichtig
wanneer u de machine op hellingen gebruikt. Rij
langzaam en maak geen scherpe bochten om
omkantelen te voorkomen.
Na gebruik
Veiligheid na het werk
Algemene veiligheid
•
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
(indien aanwezig) en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u
de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine
afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er
onderhoudswerkzaamheden aan verricht.
•
Verwijder gras en vuil van de maai-eenheden,
de aandrijvingen, de geluiddempers, de
koelschermen en het motorcompartiment om
brand te voorkomen. Veeg gemorste olie en
brandstof op.
•
Zorg ervoor dat de brandstofafsluitklep is gesloten
als u de machine stalt of transporteert.
•
Schakel de aandrijving van het werktuig uit als u
de machine transporteert of niet gebruikt.
•
Onderhoud en reinig de veiligheidsgordel(s) indien
nodig.
•
Sla de machine en de brandstofhouder niet op
op plaatsen waar open vlammen, vonken of
waakvlammen (b.v. van een boiler of andere
toestellen) aanwezig kunnen zijn.
.
AAIEN
en gebruik de
AN
De machine transporteren
•
Gebruik een oprijplaat van volledige breedte bij
het laden van de machine op een aanhanger of
vrachtwagen.
•
Maak de machine stevig vast.
De bevestigingspunten
zoeken
De bevestigingspunten bevinden zich op de volgende
plaatsen:
•
Aan beide kanten van het frame onder de voorste
opstap.
•
De achterbumper
1. Voorste bevestigingspun-
ten
De krikpunten bepalen
Opmerking:
Ondersteun de machine met assteunen
als u onder de machine werkt.
De krikpunten bevinden zich op de volgende plaatsen:
•
Op de voorkant van het frame van de machine aan
de binnenzijde van elk wiel
•
Op de achterkant van het frame op het midden
van as
35
Figuur 37
2. Achterste
bevestigingspunten
g200995