8.1
Bediening
8.1.1
Bediening op de onderwagen
1. HOOFDSCHAKELAAR / NOODSTOP
Met de hoofdschakelaar kan de BENOMIC worden in- of uitgeschakeld. Staat de rode
sleutel in de rijrichting (verticaal) dan is de wagen AAN, en staat de rode sleutel haaks op
de rijrichting (horizontaal) dan is de wagen UIT. Wanneer de BENOMIC is ingeschakeld
zal bovendien de accu-conditiemeter gaan branden (zie onder nr.4). Wanneer de
BENOMIC niet gebruikt of geladen wordt dient de rode sleutel uit de knop verwijderd te
worden. De hoofdschakelaar dient tevens als noodstop. Wanneer de sleutel horizontaal
wordt gezet zal de wagen volledig uitgeschakeld zijn.
2. SERVICEKNOP SCHAARBEDIENING
Met de schaarbediening keuzeknop is het mogelijk de schaar te laten stijgen en dalen
zonder op het plateau te staan. Draai de knop rechtsom (witte streep omhoog) en de
schaar zal stijgen zolang de knop bediend wordt. Draai de knop linksom (witte streep naar
beneden) en de schaar zal dalen zolang de knop bediend wordt.
Let op!
- Zorg ervoor dat zich geen personen of voorwerpen onder of tussen de
schaarconstructie kunnen komen tijdens het dalen!
- Zorg voor voldoende ruimte boven de BENOMIC om de schaar te laten stijgen!
- Knop niet gebruiken wanneer een persoon zich op het plateau bevindt!
3. LAADSTEKKER CONTACTDOOS
Met behulp van deze contactdoos kunt u de accu's opladen. Wees ervan verzekerd dat de
stekker is verwijderd alvorens de BENOMIC in gebruik wordt genomen! Bij onderhoud
altijd de laadstekker verwijderen. Gebruik alleen een geschikte lader, zie hiervoor de
specificaties op de lader.
Wanneer de BENOMIC beschikt over een interne acculader (aangegeven op
het contact zie figuur 8.2) dan dient er slechts een verlengsnoer aangesloten
te worden.
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing NL-V11
1
2
3
4
Figuur 8.1; Bediening
op de onderwagen van
de BENOMIC
Figuur 8.2; Interne acculader!
BENOMIC
21 / 43