7.3
Minimale eisen buisrailsysteem
De rails (meestal verwarmingsbuizen) moet met een diameter van 51mm of 45mm
uitwendig en met een wanddikte van minimaal 2mm worden uitgevoerd. De vereiste
minimale materiaalspecificaties voor de buis is: Staal 37 (S235JR). De ondersteuningen
van het buisrailsysteem mogen niet verder dan 1,25 meter uit elkaar staan. Bij de
combinatie van een buis met een diameter van 45mm en een spoorbreedte van 42cm
dient de steunafstand niet groter te zijn dan 1 meter. Buisrailsteunen worden toegepast
overeenkomstig of tenminste gelijkwaardig aan de volgende specificaties: stalen
onderplaat van 1,5 mm dik met verstijvingprofilering, breedte onderplaat minimaal 115
mm en lengte zodanig dat onderplaat tenminste 70 mm uitsteekt buiten de twee
opstaande steunen die de buizen dragen. De afstand tussen de buizen, hart op hart, moet
minstens 42cm zijn. De buizen moeten stabiel en nauwkeurig, met een maximale
schuinstand in de lengte en breedterichting van 2 opgesteld zijn. Ook moeten de buizen
op een deugdelijke manier aan de ondersteuningen en het betonpad bevestigd zijn. Het
gebruik van losliggende buizen is niet toegestaan! Ook dient er een grondonderzoek uit te
worden gevoerd d.m.v. een sonderingapparaat (zie de Nederland geldende ARBO
catalogus). Het resultaat dient een zogenaamde conuswaarde van de toplaag van meer
dan 0,4 Mpa (62 psi) op te leveren.
Het gebruik van een railsysteem welke niet staat beschreven in de Nederland geldende
ARBO catalogus is toegestaan mits er een stabiliteitstest volgens de in Nederland
geldende ARBO catalogus is uitgevoerd waaruit blijkt dat de combinatie buisrailwagen /
buisrailsysteem stabiel is. Bovendien dienen de steunen van het afwijkende
buisrailsysteem op een maximale afstand van 1 meter te staan en mag de scheefstand
in lengte en breedte richting niet groter zijn dan 2 graden.
Bron: de Nederland geldende ARBO catalogus
https://agroarbo.nl/catalogus/buisrailsysteem/
18 / 43
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing NL-V11
BENOMIC