Samenvatting van Inhoud voor Viessmann Vitoligno 250-S SH20
Pagina 1
Viesmann Montage- en servicehandleiding voor de vakman Vitoligno 250-S type SH20 Houtvergassingsketel voor kloofhout met een lengte van 50 cm of 100 cm Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOLIGNO 250-S Bewaren a.u.b.! 5685 006 NL 6/2015...
Pagina 2
Voorschriften Bij vervanging uitsluitend originele onderdelen van Viessmann of door Viessmann goedge- keurde onderdelen gebruiken. Respecteer bij de werkzaamheden de nationale installatievoorschriften, Veiligheidsinstructies voor de werking van de ■...
Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsinstructies (vervolg) Installatiebeheerders erop wijzen dat latere wijzigingen aan de bouwkundige situatie niet toegelaten zijn (bijv. verplaatsen van leidingen, bekledingen of scheidings- wanden). Gevaar Ondichte of verstopte rookgasinstallaties of onvoldoende aanvoer van verbrandingslucht veroorzaken levensgevaarlijke vergiftigingen door koolmonoxide in het rookgas. Een onberispelijke werking van de rookgasin- stallatie garanderen.
Veiligheid en aansprakelijkheid Werkveiligheid Gevaar Vuur uit openingen en hete oppervlakken kun- nen gevaarlijke verwondingen veroorzaken. ■ Dichtgeschroefde openingen niet tijdens de verwarmingswerking openen. Verwarmingsketel enkel in afgekoelde toe- ■ stand openen. Persoonlijke beschermende uitrusting dragen. ■ Gevaar Bij onderhoud en reiniging en bij de bediening van de aslade bestaat het gevaar voor brand en verbranding door hete componenten en as.
Informatie Verwijdering van de verpakking Verpakkingsafval volgens de wettelijke bepalingen als NL: Verpakkingsafval wordt door de installateur mee- afval verwijderen. genomen/afgevoerd. Symbolen Symbool Betekenis Verwijzing naar ander document met bijkomende informatie Stap in afbeeldingen: de nummering komt overeen met de volgorde van de stappen. Waarschuwing voor materiële schade en schade aan het milieu Bereik onder spanning Goed voor opletten.
Informatie Gebruik conform de regelgeving Het toestel mag volgens de regelgeving enkel geïnstal- Ieder ander gebruik moet door de fabrikant in elk geval leerd en gebruikt worden in gesloten verwarmingssys- worden goedgekeurd. temen conform EN 12828, rekening houdend met de bijbehorende montage-, service- en bedieningshand- Verkeerd gebruik van het toestel resp.
Pagina 10
Informatie Productinformatie (vervolg) d 183 ≥100 ≥800 Afb. 1 RGA Rookgasaansluiting Deur van de askamer Aftap Primaireluchtklep met servomotor KRe Ketelretour Ketelcircuitpomp KAv Ketelaanvoer Bus voor elektrische aansluiting Veiligheidsaansluiting voor thermische afvoerbe- Klep van de retourtemperatuurverhoging met veiliging servomotor Kijkglas/transporthaak Reinigingsdeur boven Temperatuursensor voor thermische afvoerbe- Aanvoertemperatuursensor (in ketel)
Pagina 11
Informatie Productinformatie (vervolg) Reinigingsdeur onder Rookgastemperatuursensor Motor rookgasventilator Secundaireluchtklep met stelmotor Lambdasonde Maattabel Grootte in kW 1433 1433 1490 1490 1433 1433 1490 1490 1324 1324 1324 1324 b zonder isolatie 1246 1246 1246 1246 b, indien ketel op transportpallet staat 1080 1080...
Montagevoorbereiding Minimumafstanden Afstanden zijn in de afbeelding op pagina 10 weerge- geven. De aangegeven wandafstanden zijn voor mon- tage- en onderhoudswerkzaamheden noodzakelijk en moeten daarom absoluut gerespecteerd worden. Plaatsing Voor de plaatsing moeten volgende punten worden gerespecteerd: ■ Geen luchtverontreiniging door halogeenkoolwater- stoffen (deze bevinden zich bijv.
Montageverloop Ventilator monteren, grootte 40 tot 75 kW Ventilator op de vooruitstekende rookgasaansluiting vastschroeven. Afb. 2 Opmerking Ventilator en behuizing worden klaar gemonteerd gele- verd. Ventilator monteren, grootte 85 tot 170 kW Afb. 3 1. Ventilator op de behuizing steken en los beveiligen 3.
Montageverloop Rookgaszijde aansluiten Opmerking Wij raden een montage aan van een elastisch verbindingsstuk in de rookgasbuis. Dat vermijdt geluidsoverdracht door de rookgasventilator. De rookgasbuis niet in de schoorsteen inmetselen. Opmerking Geen bijluchtinrichting (trekregelaar) inbouwen. Afb. 4 Isolatie Elastische rookgasbuisinlaat 1. De rookgasbuis naar de schoorsteen oplopend 3.
Montageverloop Uitbreidingsset voor verwarmingscircuit met mengklep elektrisch aansluiten Overzicht aansluitingen Afb. 19 S1 Draaischakelaar Sensoraansluitingen voor een verwarmingscircuit: F1 Zekering Aanvoertemperatuursensor Stekker 230 V~ Sensoraansluitingen voor de warmwaterbereiding: Pomp Warmwaterretoursensor sÖ fÖ Netaansluiting 230 V / 50 Hz Warmwatersensor A Netaansluiting accessoire fÖ...
Montageverloop Netaansluiting (vervolg) Stekker : Netaansluiting fÖ Afb. 22 Ophanging reinigingsgereedschap monteren De ophanging van het reinigingsgereedschap in de buurt van de ketel aan de muur monteren.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Stappen - eerste inbedrijfstelling, inspectie en onderhoud Stappen voor de eerste inbedrijfstelling Stappen voor de inspectie Stappen voor het onderhoud Pagina • 1. Verwarmingsinstallatie vullen................... 25 • • • 2. Alle aansluitingen aan verwarmingswaterzijde controleren op lekkage •...
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Verwarmingsinstallatie vullen Vulwater Opgelet Ongeschikt vulwater bevordert afzettingen en corrosievorming en kan beschadiging aan het toestel veroorzaken. ■ CV-installatie vóór het vullen grondig spoelen. ■ Uitsluitend met water van tapwaterkwaliteit vullen. Aan het vulwater kan een speciaal voor CV- ■...
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Netspanning inschakelen en inbedrijfstellingsreeks starten Na het inschakelen van de netspanning wordt een Tijdens de volgende invoer kunnen ook deze toetsen inbedrijfstellingsreeks gestart. Als deze niet automa- worden ingedrukt: tisch start, toetsen ca. 5 seconden tegelijk voor een stap terug.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Aansluiting voor verwarmingscircuit 1 tot 3 kiezen Aansluiting van het desbetreffende verwarmingscircuit ter bevestiging. instellen: Als er geen verwar- ”Nee ”selecteren. mingscircuit aange- sloten wordt: Als een verwar- ”Op mengklepmo- mingscircuit via KM- dule” selecteren. BUS op de uitbrei- dingsset aangesloten wordt: Aansluiting warm water...
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Uitgangen en actoren controleren Actortest uitvoeren De desbetreffende actoren worden in de inbedrijfstel- Actoren bevestigen: lingsreeks weergegeven. ter bevestiging. Lambdasonde afstellen Opmerking voor ”Ketel”. De lambdasonde kan enkel manueel afgesteld wor- den. ter bevestiging. Opmerking voor ”O2 sonde afstellen”. De lambdasonde moet schoon zijn.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Regeling aan de verwarmingsinstallatie… (vervolg) Afname buffer Ketel Warm water Toel.ketel Kiezen met Afb. 24 Alle adressen van codering 1controleren en indien Opmerking nodig opnieuw instellen (zie hoofdstuk ”Codering 1”). Overige instelmogelijkheden zijn in het hoofd- stuk ”Codering 2 ”aangegeven.
Pagina 30
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Stooklijnen instellen (vervolg) Normale kamertemperatuur 26°C In het basismenu de volgende toetsen indrukken: voor ”Verwarming”. 20°C ter bevestiging. voor selectie van het verwarmingscircuit. Ù Ú -20°C voor ”Gew. kamertemp.” Afb. 26 Wijziging van de normale kamertemperatuur ter bevestiging.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Stooklijnen instellen (vervolg) Steilheid en niveau veranderen Voor elk verwarmingscircuit apart in te stellen In het basismenu de volgende toetsen indrukken: voor het uitgebreide menu å voor selectie van het verwarmingscircuit. Ù Ú voor ”Stooklijn”. ter bevestiging. voor ”Steilheid”...
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Werking van de thermische afvoerbeveiliging controleren 1. Rode kap van de thermische afvoerbeveiliging tegen de klep drukken. Er moet water uitstromen. 2. Bij een klein debiet klep reinigen of vervangen. Afb. 29 Luchttoevoeropening van de installatieruimte controleren Testwerking 1.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud Lambdasonde reinigen en afstellen (vervolg) Lambdasonde afstellen Zie pagina 28 Wij adviseren de lambdasonde regelmatig af te stellen. Zie tabel met onderhoudsintervallen op pagina 33. Rookgasventilator reinigen Afb. 30 Rookgasventilator Motor Gevaar 1. Stekker uittrekken. a-Ö Gevaar voor brandwonden aan hete onderde- len.
Codeerniveaus Codeerniveau 1 oproepen De coderingen worden in volle tekst aangegeven. ter bevestiging. ■ ■ Coderingen die door de uitvoering van de verwar- mingsinstallatie of instelling van andere coderingen voor gewenste codeeradres. niet relevant zijn, worden niet getoond. ter bevestiging. De volgende toetsen indrukken: voor gewenste waarde.
Codering 1 Overzicht De coderingen zijn in groepen ingedeeld: ”Buffer”, zie pagina 41 ■ ■ ”Algemeen”, zie pagina 36 ■ ”Warm water”, zie pagina 41 ■ ”Hardware”, zie pagina 36 ■ ”Extra ketel”, zie pagina 42 ■ ”Verwarming”, zie pagina 37 Enkel beschikbaar als een extra warmtegenerator in ■...
Codering 1 Groep warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Zonne-energie Zonne-ener- Geen zonnegroep aanwezig Zonne-ener- De zonnegroep is op een externe gie:Nee gie:Op zonnemo- zonneregeling (Vitosolic 100 of 200 dule extern aangesloten. Groep verwarming Verwarmingscircuit (”VC1”, ”VC2” of ”VC3”) met toet- selecteren.
Pagina 38
Codering 1 Groep verwarming (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Zomerspaarwerking absoluut A6:36 Uitgebreide spaarschakeling niet A6:5 Uitgebreide spaarschakeling actief, actief d.w.z. bij een variabel instelbare A6:35 waarde van 5 tot 35 °C plus 1 °C wordt de CV-pomp uitgeschakeld. De mengklep wordt gesloten.
Pagina 39
Codering 1 Groep verwarming (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Kamertemperatuursensor zomerspaarfunctie B5:0 Zonder CV-pomplogica afhankelijk B5:1 Met CV-pomplogica afhankelijk van van de kamertemperatuur de kamertemperatuur (zie volgende B5:8 tabel) Opmerking Enkel beschikbaar als in dat ver- warmingscircuit een afstandsbe- diening aangesloten is (codering ≠...
Codering 1 Groep verwarming (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Partywerking tijdbegrenzing F2:8 Tijdbegrenzing van de partywer- F2:0 Geen tijdbegrenzing voor partywer- king tot 8 uur king. Partywerking wordt bij de om- schakeling van het werkingspro- gramma naar ”Verwarmen” ge- deactiveerd.
Codering 1 Groep ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Brander bufferlading tot EC:70 De brander laadt de verwarmings- EC:30 Instelbereik in °C waterbuffer tot de temperatuur van 70 °C op de ingestelde sensor (co- EC:100 dering EB) bereikt wordt. Opmerking Enkel beschikbaar als een brander voorhanden is (groep hardware:...
Codering 1 Groep warm water (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Warm water retourtemperatuur 0D:10 Debietregeling actief. Gewenste 0D:0 Debietregeling uitgeschakeld. Klep retourtemperatuur gelijk aan warm- is altijd helemaal geopend. watertemperatuur plus 10 °C 0D:1 Debietregeling actief. Gewenste re- tourtemperatuur gelijk aan warmwa- 0D:30 tertemperatuur plus ingestelde waar- de in °C.
Pagina 43
Codering 1 Groep extra warmtegenerator (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Looptijd minimaal D4:5 Minimale looptijd van de extra D4:0 Instelbare waarde in min warmtegenerator 5 min D4:250 Pauze minimaal D5:5 Minimale pauzetijd van de extra D5:0 Instelbare waarde in min warmtegenerator 5 min D5:250 Onvertraagd inschakelen systeemtemp.
Codering 2 Overzicht De coderingen zijn in groepen ingedeeld: ”Ketel”, zie pagina 46 ■ ■ ”Algemeen”, zie pagina 44 ■ ”Buffer”, zie pagina 47 ■ ”Verwarming”, zie pagina 44 ■ ”Warm water”, zie pagina 47 Groep Coderingen Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Vertraging storingsmeldingsuitgang 80:6...
Pagina 45
Codering 2 Groep verwarming (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Temperatuur vorstbescherming A3:2 Buitentemperatuur onder 1 °C: A3:-9 Vorstbeschermingsfunc- Vorstbeschermingsfunctie ”Aan” tie ”Aan”/”Uit” bij temperaturen vol- Buitentemperatuur boven 3 °C: A3:15 gens de volgende tabel Vorstbeschermingsfunctie ”Uit” Opgelet Bij instellingen onder 1 °C bestaat het gevaar dat leidingen die zich buiten de isolatie van het huis bevin- den, bevriezen.
Codering 2 Groep verwarming (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Kamersensor offset E2:50 Geen correctie van de werkelijke E2:0 Correctie van de werkelijke kamer- kamertemperatuur temperatuur in stappen van 0,1 K. ≙ ≙ E2:49 Instelling 0 -5,0 K en instelling 49 Opmerking -0,1 K Enkel beschikbaar als in dat ver-...
Codering 2 Groep ketel (vervolg) Codering in uitlevertoestand Mogelijke omstelling Type O2-sonde FF:0 Gebruikte lambdasonde: Type FF:1 Gebruikte lambdasonde: Type NGK LSM 11 FF:2 Gebruikte lambdasonde: Type LSU met meetomvormer Opmerking Standaard is in de Vitoligno 250-S een lambdasonde LSM 11 ge- plaatst.
Diagnose en serviceopvragingen Servicefuncties De volgende servicefuncties kunnen worden geselec- ”Codering 2”, zie vanaf pagina 35 ■ teerd: ■ ”Fouthistorie”, zie vanaf pagina 51 ■ ”Diagnose”, zie vanaf pagina 48 ■ ”Servicefuncties”, zie vanaf pagina 48 ■ ”Actortest”, zie vanaf pagina 28 ■...
Diagnose en serviceopvragingen Diagnose (vervolg) ”Tijd” Weergave van de ingestelde tijd ”datum” Weergave van de ingestelde datum ”Keteltype” Weergave van het keteltype ”Firmware-versie” Weergave van de firmware-versie ”Userware-versie” Weergave van de userware-versie Diagnose: Submenu Ketel ”Keteltemperatuur” ”Retourtemperatuur” ”Rookgastemperatuur” ”Rookgas rest-O2” ”Primaireluchtklep”...
Diagnose en serviceopvragingen Diagnose (vervolg) ”Communicatie” ”Storing” ”Bevelen” ”Status” ”Sensor 1” ”Sensor 2” ”Mengklep” ”HW-index” ”Software-index” ”Softwareversie” Bedrijfstoestanden en sensoren opvragen In het informatiemenu van het Uitgebreide menu en het Servicemenu (submenu Diagnose + Ketel) kunnen bedrijfstoestanden en sensoren worden opgevraagd.
Storingen oplossen Storingsweergave Storingen worden gemeld op het display door de indi- catie ”Storing” en door het branden van de rode sto- ringsindicatie. Storing aflezen en bevestigen Opmerking voor ”Bevestigen”. Als een bevestigde storing niet wordt verholpen, ver- schijnt de storingsmelding de volgende dag opnieuw: voor ”Ja”...
Storingen oplossen Storingsweergave (vervolg) Opgeslagen storingscodes uit het storingsgeheugen wissen De volgende toetsen indrukken: voor ”Wissen?”. circa 4 s gelijktijdig. ter bevestiging. Het menu ”Service” verschijnt. voor ”Ja”. voor ”Fouthistorie”. ter bevestiging. ter bevestiging. tot het basisscherm verschijnt. ä Storingscodes Storingscode Gedrag van de installatie Storingsoorzaak...
Pagina 53
Storingen oplossen Storingsweergave (vervolg) Storingscode Gedrag van de installatie Storingsoorzaak Maatregel op het display Verwarmingsketel draait met Geen wijziging van het Lambdasonde controleren. ■ vaste luchtklepinstelling resterende zuurstofgehal- Evt. opnieuw afstellen ■ te in het rookgas geduren- de een langere periode Alle verwarmingscircuits re- Onderbreking buitentem- Buitentemperatuursensor controle-...
Pagina 54
Storingen oplossen Storingsweergave (vervolg) Storingscode Gedrag van de installatie Storingsoorzaak Maatregel op het display Geen verwarmingsregeling Onderbreking aanvoer- Aanvoertemperatuursensor ver- verwarmingscircuit 3 temperatuursensor verw. warmingscircuit 3 controleren. circ. 3 Geen tapwaterverwarming Onderbreking boilertem- Boilertemperatuursensor controle- peratuursensor ren. Geen debietregeling tapwa- Onderbreking retourtem- Retourtemperatuursensor tapwa- terverwarming...
Onderhoud Zekering Montagepositie, zie aansluit- en bedradingsschema op pagina 69 ■ T 4A ■ Voedingskabel KSK ■ 230V 50/60 Hz Batterij De batterij dient voor het opslaan van de tijd en de Knoopcel, type CR2032, 3 V ■ datum bij stroomuitval. ■...
Onderhoud Veiligheidstemperatuurbegrenzer (VTB) (vervolg) 4. Beschermkap weer op de groene knop schroe- Sensoren Sensortype Pt1000: Rookgastemperatuursensor ■ Keteltemperatuursensor Buitentemperatuursensor ■ ■ ■ Buffertemperatuursensor ■ Aanvoertemperatuursensor Sensoren van de verwarmingscircuits en de ■ Retourtemperatuursensor warmwaterbereiding in het hoofdstuk ”Uitbrei- dingsset”. Aansluiting Zie hoofdstuk ”Aansluit- en bedradingschema”.
Onderhoud Actortest uitvoeren (vervolg) Schermweergave Toelichting ”Secundaireluchtklep sluiten” ”Verzamelstoring openen” Test van de door de installateur aangesloten storings- meldingsinrichting (indien aanwezig). De volgende actoren van de mengklepmodules kunnen afhankelijk van de module apart worden aange- stuurd (bij eerste inbedrijfstelling aanbevolen): Schermweergave Toelichting ”Pomp aan”...
Onderhoud Lambdasonde Voor de registratie van het resterende zuurstofgehalte in het rookgas. Lambdasonde reinigen en afstellen, zie pagina 33. Aansluiting De lambdasonde is met stekker aangesloten. Zie hoofdstuk ”Aansluit- en bedradingschema”, pagina 74. Technische gegevens Karakteristiek lambdasonde 10 12 16 18 20 Zuurstofgehalte O2 (%) in het rookgas Afb.
Onderdelenlijsten Onderdelen bestellen Voor de bestelling van onderdelen zijn de volgende gegevens vereist: ■ Serienummer (zie typeplaatje) ■ Module (uit deze onderdelenlijst) ■ Positienummer van het onderdeel in de module (uit deze onderdelenlijst)
Pagina 60
Onderdelenlijsten Onderdelen 1 001/002 Afb. 37...
Onderdelenlijsten Onderdelen 1 (vervolg) Pos. Onderdeel 0001 Luchtklep klein met motor - alleen voor maten 35, 45, 55, 65, 61 en 81 kW 0002 Luchtklep groot met motor 0004 Gasdrukveer asdeur (1 stuks) 0005 Gasdrukveer vuldeksel 0007 Pakkingen 0008 Supalux-plaat 0009 Inwendige schaal vuldeksel 0032...
Pagina 62
Onderdelenlijsten Onderdelen 2 Afb. 38...
■ Stekker voor aansluiting van de CV-pomp ■ Aanvoertemperatuursensor (klemtemperatuursen- sor) Technische gegevens Aanvoertemperatuursensor Sensortype Viessmann NTC Beschermingsgraad IP 53 volgens EN 60 529, door opbouw/inbouw te garanderen Toegestane omgevingstemperatuur bij werking 20 tot +90 °C − ■ bij opslag en transport 20 tot +70 °C...
Uitbreidingsset voor verwarmingscircuit met mengklep Mengklepmotor Draairichting wijzigen (indien nodig) Gevaar Een elektrische schok kan levensgevaarlijk zijn. Vóór het openen van het toestel netspanning uitschakelen, bijv. met de zekering of een hoofdschakelaar. Behuizingdeksel afschroeven (zie hoofdstuk ”Over- zicht van de aansluitingen”). Afb.
Aansluit- en bedradingschema Stekker 230 V (vervolg) Stekker X1 Tekening bezetting 1 - 6 Afb. 47 Tekening bezetting 7 - 9 Afb. 48 Bezetting Functie Extra informatie Net L Voedingskabel Net PE (Max. zekering 6 A) Net N — Hoofdlastbrander Max.
Definitieve buitenbedrijfstelling en verwijdering Definitieve buitenbedrijfstelling en verwijdering De producten van Viessmann kunnen gerecycleerd worden. Componenten en bedrijfsstoffen van uw ver- warmingsinstallatie horen niet thuis in het huisvuil. Voor de buitenbedrijfstelling de installatie spanningsvrij schakelen en de componenten evt. laten afkoelen.
Verklaringen Conformiteitsverklaring Wij, Viessmann Holzheiztechnik GmbH, A-6922 Wolfurt, verklaren op eigen verantwoordelijkheid dat het product Vitoligno 250-S met de norm EN 303-5 overeenstemt: Overeenkomstig de bepalingen van de volgende richtlijnen wordt dit product met gekenmerkt: 2006/95/EG 2004/108/EG 2006/42/EG 97/23/EG Wolfurt, maandag 13 april 2015 Viessmann Holzheiztechnik GmbH Ing.
Pagina 83
Index Index Aansluit- en bedradingsschemaAansluit- en bedra- Keteltemperatuursensor..........56 dingsschema.............. 70 Aansluiting rookgaszijde..........14 Aansluiting verwarmingscircuits......... 27 Lambdasonde............58 Aansluiting warm water selecteren......27 – afstellen.............28, 34 Aansluiting zonnesysteem......... 27 – meetpunt..............74 Aanvoertemperatuur – Reinigen..............33 – Elektron. mimimumbegrenzing........39 – maximumbegrenzing..........39 Actortest...............