LOGO! programmeren
3.2 Blokken en bloknummers
In dit hoofdstuk laten wij u zien, hoe u met de elementen
van LOGO! uitgebreide schakelingen kunt samenstellen en
hoe de blokken onderling en met de in- en uitgangen wor-
den verbonden.
In hoofdstuk 3.3 stellen wij u voor hoe u een conventionele
schakeling in een LOGO!-schakelprogramma kunt omzet-
ten.
Blokken
Een blok in LOGO! is een functie die ingangsinformatie in
uitgangsinformatie omzet. Vroeger moesten de afzonder-
lijke elementen in de schakelkast of de aansluitkast van
draden worden voorzien.
Bij het aanmaken van het schakelprogramma verbindt u
klemmen met blokken. Daartoe kiest u uit het menu Co
gewoon de gewenste aansluiting. Het menu Co hebben wij
naar het Engelse begrip connector (klem) genoemd.
Logische bewerkingen
De eenvoudigste blokken zijn logische bewerkingen:
S
EN (AND)
S
OF (OR)
S
...
I1
I2
x
x
De speciale functies hebben aanzienlijk meer mogelijkhe-
den te bieden:
S
Stroomstootrelais
S
Voor–/achterwaartsteller
S
Vertraagde inschakeling
S
Softwareschakelaar
S
....
In hoofdstuk4 vindt u een volledige lijst van de functies in
LOGO!
42
Hier zijn de ingangen I1 en I2 aan
1
het OF-blok (OR-blok) aangesloten.
De twee laatste ingangen van het
Q
blok worden niet gebruikt en worden
daarom met een 'x' aangeduid.
LOGO!-Handboek
A5E00228752-01