Inhoudsopgave
Advertenties
5. Positie van de sensor
5.4 Berekening positie voor hoogte sensor < 1 m
5.4.1 Inleiding
Vervolgens worden de formules aangeduid voor de berekening van de optimale positie voor sensoren met
installatiehoogte lager dan of gelijk aan 1 m.
WAARSCHUWING! Bepaal de optimale positie van de sensor op basis van de vereisten van de
risicobeoordeling.
5.4.2 Overzicht van mogelijke installatieconfiguraties
Hieronder worden de mogelijke configuraties van de hoogte (h) en de inclinatie (α) aangeduid:
1 = Configuratie 1: het gezichtsveld van de sensor raakt de grond nooit
l
2 = Configuratie 2: de bovenzijde van het gezichtsveld van de sensor raakt de grond nooit
l
3 = Configuratie 3: de bovenzijde en de onderzijde van het gezichtsveld raken de grond altijd
l
X = Configuratie niet mogelijk
l
WAARSCHUWING! Met configuraties die niet in deze tabellen worden vermeld of die zijn
aangegeven met "x", zijn de veiligheidsfuncties niet gegarandeerd.
Gezichtsveld van 110°
Configuratie van de
installatie
0
10
20
30
40
h (cm)
50
60
70
80
90
100
Gezichtsveld van 50°
Configuratie van de
installatie
0
10
20
30
40
h (cm)
50
60
70
80
90
100
54
LBK System BUS | Instructiehandleiding v1.1 MAA 2021 | SAF-UM-LBKBus-nl-v1.1-print | © 2020-2021 Inxpect SpA
α (°)
-20
-10
0
10
x
x
x
x
x
x
x
x
2
x
x
2
x
x
2
x
2
2
3
2
2
3
2
2
3
2
2
3
2
2
3
2
2
α (°)
-20
-10
0
10
x
x
x
x
x
x
x
x
2
x
x
2
x
x
2
x
3
2
x
3
2
x
3
2
3
3
2
3
3
2
3
3
2
20
2
1
2
1
2
1
2
x
2
x
2
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
20
1
1
1
1
1
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
