Inhoudsopgave
Advertenties
Nederlands
10
en door correct leggen van de kabel moet worden gewaarborgd dat er
geen druipwater in de klemmenkast kan lopen.
• Bij toepassing van de pompen in installaties met watertemperaturen
boven 90 °C moet een overeenkomstig warmtebestendige aansluit-
leiding worden gebruikt.
• De aansluitleiding dient zodanig gelegd te worden, dat er in geen
geval contact gemaakt wordt met de leiding en/of het pomp- en
motorhuis.
• Controleer stroomsoort en spanning van de netaansluiting.
• Neem de gegevens op het typeplaatje van de motor in acht.
Zekering aan de netzijde: afhankelijk van de nominale motorstroom.
• Aard de pomp/installatie volgens de voorschriften.
• Het aansluitschema voor de elektrische aansluiting bevindt zich in het
deksel van klemmenkast (zie ook afbeelding 1).
• De motor moet tegen overbelasting door een motorbeveiligingsscha-
kelaar of door het thermistor-uitschakelapparaat worden gezekerd.
Instelling van de motorbeveiligingsschakelaar:
Directe start: instelling van de nominale motorstroom volgens de
informatie op het typeplaatje van de motor
J-Δ-start: als de motorbeveiligingsschakelaar in de toevoerleiding
naar de J-Δ-relaiscombinatie is geschakeld, vindt de instelling plaats
zoals bij de directe start. Als de motorbeveiligingsschakelaar in een
streng van de motortoevoerleiding
(U1/V1/W1 of U2/V2/W2) is geschakeld, moet de motorbeveiligings-
schakelaar op de waarde 0,58
steld.
• In de speciale uitvoering is de motor voorzien van PTC-voelers. Sluit
de PTC-voelers op het thermistor-schakelapparaat aan.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Gevaar voor beschadiging door ondeskundige hantering.
• Op de klemmen PTC-voeler mag een max. spanning van 7,5 V wor-
den gezet, een hogere spanning leidt tot onherstelbare beschadi-
ging van de PTC-voelers.
De netaansluiting op het klemmenbord is afhankelijk van het nomi-
nale motorvermogen P
, van de netspanning en van het inschakel-
2
type. De vereiste schakeling van de verbindingsbruggen in de
klemmenkast vindt u in de volgende tabel en op afbeelding 1.
Afbeelding 1
Inschakeltype
3~230 V
Direct
Δ-schakeling
(1a)
J-Δ-start
Verbindings-
bruggen ver-
wijderen (1c)
• Neem bij aansluiting van automatisch werkende schakeltoestellen de
overeenkomstige inbouw- en bedieningsvoorschriften in acht.
nominale motorstroom worden inge-
x
Motor-
vermogen
P2 ≤ 3 kW
Netspanning
Netspanning
3~400 V
J-schakeling
Δ-schakeling
(1b)
(1a)
Niet mogelijk
Verbindings-
bruggen verwij-
deren (1c)
WILO SE 08/2016
Motor-
vermogen
P2 ≥ 4 kW
3~400 V
Advertenties
Inhoudsopgave
