Inhoudsopgave
Advertenties
84
PAGINA
4.1.5 Controle brandstofpeil
Voordat de motor gestart wordt of er een ploegendienst gestart wordt, is het raadzaam
het brandstofpeil te controleren.
Het brandstofpeil is zichtbaar in de zone van de grondbedieningen (1).
Ook is er een reservesensor (2) aanwezig. Indien het brandstofpeil te laag mocht zijn,
zal de machine een geluidssignaal laten horen, wordt op het display het alarm FUEL
weergegeven en schakelt de motor na 15 seconden uit om het volledig leegraken van het
voedingscircuit te voorkomen.
Tank brandstof bij via de daarvoor bestemde vuldop (3).
o Het aanbevolen minimale cetaangetal voor de brandstof is 45. Bij voorkeur
moet een cetaangetal van meer dan 50 gebruikt worden, met name bij
omgevingstemperaturen onder -20°C of op hoogten van meer dan 1500 m.
• Het specifieke type diesel en het zwavelgehalte in % (ppm) moeten overeenkomen
met de emissienormen die van kracht zijn in de zone waar de motor in bedrijf
wordt gesteld.
• We bevelen sterk aan om brandstof te gebruiken met een zwavelgehalte van
minder dan 0.1% (1000 ppm).
• Brandstoffen met specificatie EN590 of ASTM D975 worden aanbevolen.
• Raadpleeg voor meer informatie de meegeleverde handleiding voor gebruik en
onderhoud van de motor.
ALMAC s.r.l.
Advertenties
Inhoudsopgave
