117
PAGINA
6.1.2 Controles voorafgaand aan ieder gebruik
Voorafgaande aan de inbedrijfstelling en ieder gebruik moeten op de machine de
volgende visuele en functionele controles worden uitgevoerd.
Het is verplicht om de onderstaande aanwijzingen na te leven.
VISUELE CONTROLE
•
Controleer of rondom en onder de
motor geen sporen van gelekte olie of
brandstof aanwezig zijn.
•
Controleer dat er geen lekkages van
hydraulische olie zijn uit de slangen en
andere
onderdelen
verdelers, pijpfittingen, enz.).
•
Controleer dat er geen doorgesneden of
versleten elektrische kabels zijn of
niet-correct bevestigde connectoren.
•
Controleer het brandstofpeil alvorens
het
gebruik
onderbrekingen van de werkzaamheden
te voorkomen.
•
Controleer het motoroliepeil.
•
Controleer
het
hydraulische systeem.
•
Controleer
dat
ontbrekende
moeren zijn.
•
Controleer
veiligheidsringen
correct geplaatst zijn in hun zittingen
met hun pakkingringen.
•
Controleer of
geplaatst zijn en bevestigd in hun
zittingen
•
Controleer dat er geen sneden of
sporen van abnormale slijtage op de
rupsbanden bestaan
•
Controleer of de spanning van de
rupsband altijd correct is
•
Controleer en smeer, indien nodig, de
glijsloffen van de schaar, zowel die in
contact met het platform als met het
onderste frame.
•
Controleer
op
plaatjes en de stickers op de machine
aanwezig zijn.
•
Controleer dat er geen vervormingen
van de staalconstructie bestaan
•
Controleer dat er geen scheuren in de
lasnaden, beschadigingen of abnormale
slijtage bestaan
•
Controleer of de 12V-accu voor de
ontsteking van de verbrandingsmotor
(cilinders,
te
starten
om
oliepeil
in
het
er
geen
losse
schroeven,
bouten
of
alle
Seeger
"
aanwezig
zijn
alle pennen correct
de
handleiding,
FUNCTIONELE CONTROLE
•
Plaats de machine, met het platform in de
transportstand, met een zijdelingse kanteling
van het chassis van meer dan 0,5°ten opzichte
van
het
bedieningselement voor het heffen van het
platform en controleer of het systeem het
chassis automatisch naar de horizontale stand
brengt
•
Plaats de machine, met het platform in de
transportstand, met een langshelling van het
chassis van meer dan 0,5°ten opzichte van het
horizontale
zo
bedieningselement voor het heffen van het
platform en controleer of het systeem het
chassis automatisch naar de horizontale stand
brengt
•
Plaats de machine, met het platform in de
transportstand, met het chassis gekanteld ten
of
opzichte van het horizontale vlak met de
of
maximale hoek in zowel de lengte- als
zijdelingse
"
bedieningselement voor het heffen van het
en
platform en controleer of het systeem het
chassis automatisch naar de horizontale stand
brengt
•
Hef het platform zonder belasting naar de
maximale hoogte en laat het vervolgens enkele
keren zakken; controleer of de machine correct
functioneert
•
Controleer
afknelbescherming: deze test wordt uitgevoerd
door het platform te heffen naar een hoogte
waarbij de hoek van de frames van de schaar
groter is dan 12° ten opzichte van het
horizontale vlak. Controleer of de beweging
omlaag automatisch stopt bij een hoek van de
schaar tussen 7° en 9° (de verticale afstand
de
tussen de uiteinden van de schaar moet groter
zijn dan 50 mm). Verdere bewegingen omlaag
zijn pas mogelijk na een vertraging van 3s en
met een beperkte snelheid.
•
Controleer de werking van de functie voor
verplaatsing met het geheven platform: deze
test wordt uitgevoerd door het platform te
heffen naar een hoogte waarbij de hoek van de
frames van de schaar gelijk is aan 23° ten
opzichte van het horizontale vlak (maximale
ALMAC s.r.l.
horizontale
vlak.
Activeer
vlak.
Activeer
richting.
Activeer
de
werking
het
het
het
van
de