â
ABB i-bus
KNX
Ingebruikname
64 2CDC 514 065 D3101 | RM/S 3.1
Na beëindiging van continu-AAN
start de trappenhuisfunctie
Opties:
nee
ja
·
nee: de verlichting wordt uitgeschakeld als Continu-AAN beëindigd is.
·
ja: de verlichting blijft ingeschakeld en de trappenhuistijd begint opnieuw.
De werking van continu-AAN wordt bepaald door de waarde van het communicatieobject Continu-
AAN. Ontvangt dit communicatieobject een telegram met waarde 1, dan wordt de uitgang
ingeschakeld, ongeacht de waarde van het communicatieobject Schakelen. De uitgang blijft
ingeschakeld totdat het communicatieobject Continu-AAN waarde 0 krijgt.
Objectwaarde "Tijdfunctie blokkeren"
bij terugkeer van de busspanning
Opties:
ongewijzigd
1, d.w.z.: Tijdfunctie blokkeren
0, d.w.z.: Tijdfunctie vrijgeven
Deze parameter bepaalt hoe de tijdfunctie zich gedraagt na busspanningsterugkeer (BST). De
tijdfunctie kan worden geblokkeerd met een telegram op het communicatieobject Tijdfunctie
blokkeren.
·
ongewijzigd: de tijdfunctie wordt zonder wijzigingen voortgezet.
Opmerking
De status van de tijdfunctie wordt bij busspanningsuitval (BSU) opgeslagen en bij
busspanningsterugkeer (BST) ongewijzigd voortgezet.
·
1, d.w.z.: Tijdfunctie blokkeren: de tijdfunctie wordt door een telegram met waarde 1
geblokkeerd.
Opmerking
Vrijgave kan alleen plaatsvinden via het communicatieobject Tijdfunctie blokkeren.
·
0, d.w.z.: Tijdfunctie vrijgeven: de tijdfunctie wordt door een telegram met waarde 0
vrijgegeven.
Opmerking
Als de trappenhuisverlichting wordt geblokkeerd terwijl de tijdfunctie actief is, blijft het licht AAN
totdat het handmatig UIT wordt geschakeld.
Hoe gedraagt de trappenhuisverlichting zich bij uitval van de busspanning?
Wat er gebeurt bij uitval van de busspanning wordt bepaald door de parameter Gedrag bij
busspanningsuitval in het parametervenster A: Uitgang (20 AX C-Load).