Tabel A-1
Numerieke codes en tekstberichten (vervolg)
Bedieningspaneelbericht
213-Incompatible Memory Module in
Memory Socket(s) X, X, ... (Niet-compatibele
geheugenmodule in geheugenvoetje(s) X,
X, ...)
214-DIMM Configuration Warning
(Waarschuwing DIMM-configuratie)
219-ECC Memory Module Detected ECC
Modules not supported on this Platform
(ECC-geheugenmodule gedetecteerd; ECC-
modules worden niet ondersteund)
301-Keyboard Error (301-Toetsenbordfout)
303-Keyboard Controller Error (Fout
toetsenbordcontroller)
304-Keyboard or System Unit Error (Fout
toetsenbord of systeemeenheid)
501-Display Adapter Failure (501-Fout
beeldschermadapter)
510-Flash Screen Image Corrupted
(Beginscherm beschadigd)
58
Bijlage A POST-foutberichten
Omschrijving
Een geheugenmodule in het voetje uit de
foutmelding mist kritische SPD-informatie of
is niet compatibel met de chipset.
De geïnstalleerde DIMM-configuratie is niet
optimaal.
Een of meer onlangs toegevoegde
geheugenmodules ondersteunen ECC-
foutcorrectie.
Toetsenbordfout.
Toetsenbordcontroller I/O-kaart.
Toetsenbordfout.
Grafische beeldschermcontroller.
Er zijn fouten aangetroffen in het
beginscherm.
Aanbevolen actie
1.
Controleer of u het juiste type
geheugenmodule heeft geplaatst.
2.
Probeer een ander geheugenvoetje.
3.
Vervang de DIMM door een module die
voldoet aan de SPD-standaard.
Installeer de DIMM's zodanig dat elk kanaal
over dezelfde hoeveelheid geheugen
beschikt.
1.
Als er onlangs geheugen is toegevoegd,
verwijdert u dit geheugen om te
controleren of het probleem dan is
opgelost.
2.
Raadpleeg de productdocumentatie
voor informatie over de ondersteunde
soorten geheugen.
1.
Zet de computer uit en sluit het
toetsenbord opnieuw aan.
2.
Controleer de connector op verbogen of
ontbrekende pinnen.
3.
Controleer of geen van de toetsen is
ingedrukt.
4.
Vervang het toetsenbord.
1.
Zet de computer uit en sluit het
toetsenbord opnieuw aan.
2.
Vervang de systeemkaart.
1.
Zet de computer uit en sluit het
toetsenbord opnieuw aan.
2.
Controleer of geen van de toetsen is
ingedrukt.
3.
Vervang het toetsenbord.
4.
Vervang de systeemkaart.
1.
Plaats de grafische kaart eventueel
opnieuw.
2.
Wis de CMOS. (Raadpleeg bijlage B,
Wachtwoordbeveiliging en CMOS
opnieuw instellen op pagina
3.
Zorg ervoor dat de monitor is
aangesloten en ingeschakeld.
4.
Vervang de videokaart (indien
mogelijk).
Flash het systeem-ROM met het nieuwste
BIOS-image.
68.)
NLWW