2. Volg de instructies op het scherm om het apparaat te verplaatsen en te roteren.
Opmerking
● Blijf het apparaat tijdens de kalibratie bewegen en roteren om zeker te zijn dat het
apparaat in elke mogelijke richting gericht is.
● Kalibratieniveau geeft de geldigheid van de kalibratie aan. Een hoger niveau staat
voor een meer nauwkeurige kompasaflezing. De kalibratie lukt wanneer het
kalibratieniveau naar 3 draait.
3. Stop met het bewegen van het apparaat wanneer het bericht verschijnt dat de kalibratie
is gelukt.
Resultaat
De richtingsinformatie wordt weergegeven op de live weergave-interface.
5.7.2 Magnetische afwijkingscorrectie
Magnetische afwijking is de hoekvariatie tussen het magnetische noorden en het echte
noorden. Het toevoegen van de magnetische afwijking ten opzichte van het kompas,
verhoogt de nauwkeurigheid van de richtingsaflezing.
Stappen
1. Nadat het kompas is gekalibreerd, gaat u naar de kompasinstellingsinterface en drukt u
op
of
om Magnetische afwijkingscorrectie te selecteren.
Gebruiksaanwijzing multispectrum verrekijker
Afbeelding 5-7 Kompas kalibreren
Afbeelding 5-8 Richtingweergave
33