3-10. Hoe aansluiten voor het lassen met beklede electroden
3-11. Leidraad voor elektrotechnisch onderhoud
Het niet opvolgen van deze elektrische service adviezen, kan leiden tot elektrische schokken en brandgevaar. Deze adviezen zijn voor
een bepaald gedeelte van het circuit dat zorgt voor het nominale uitgangsvermogen en inschakelduur van de lasstroombron.
In bepaalde installatie circuits, staat de National Electrical Code (NEC) toe om lagere waardes voor stekkerdozen en geleiders te
gebruiken dan de waarde van de circuitbeveiliging. Alle onderdelen van het circuit moeten op elkaar zijn afgestemd. Zie NEC artikel
210.21, 630.11, en 630.12.
.
De werkelijke voedingsspanning mag niet lager zijn dan −10% van de in de tagel vermelde minimale voedingsspanning en mag niet hoger zijn
dan +10% van de in de tabel vermelde maximale voedingsspanning.
Ingaande spanning (V)
Ingaande stroomsterkte bij de nominale uitgangsspanning (A)
Max. aanbevolen standaard zekering of grenswaarde van onderbreker in
1
ampères
Min. formaat invoerconductor in mm
Max. aanbevolen lengte invoerconductor in meter
Min. formaat aardingsconductor in mm
Referentie: Amerikaanse National Electrical Code (NEC) voor 2011 (bevat ook artikel 630)
1 Als er een zekeringautomaat wordt gebruikt in plaats van een smeltveiligheid, kies dan een automaat die qua snelheid en stroom overeen
komt met de aanbevolen zekering.
2 De trage zekering zijn van klasse UL "RK5". Zie UL 248.
3 De normale zekeringen zijn van klasse UL "K5" (tot 60A), en UL "H" (65A en meer).
4 De geleidergegevens in dit gedeelte hebben betrekking op het geleiderformaat (met uitzondering van het buigbare snoer of de buigbare kabel)
tussen de paneelkaart en de apparatuur conform NEC−tabel 310.15(B)(16). Als er een buigbare snoer of kabel wordt gebruikt, moeten de mini-
mum afmetingen van de geleider mogelijk groter zijn. Zie NEC−tabel 400.5(A) voor de vereisten voor een buigbare snoer of kabel.
2
1
2
Traag
3
Normaal
2
4
,
2
!
1
De massakabel aansluiten op de
negatieve lasuitgang.
2
De electrodehouder aansluiten op
de positieve lasuitgang.
Monofase,
Monofase, 60%
100%
inschakelduur
inschakelduur
115
230
25
22
25
25
35
30
6
4
17
24
6
4
De voeding uitschakelen
vooraleer aan te sluiten.
Negatieve (−) lasuitgang
Positieve (+) lasuitgang
Ref. 802 888-A
Driefase, 60%
inschakelduur
230
400
460
13,1
7,4
6,4
15
8
8
20
10
10
2,5
2,5
2,5
31
94
124
2,5
2,5
2,5
OM-2233 Pagina 17