5
De dagen van de week lichten op. Selecteer de van toepassing zijnde dagen met de pijltjestoets (links/rechts)
en druk op het icoontje met de pijltjestoets (op/neer).
U kan verschillende dagen van de week instellen.
Opmerking
Wanneer voor een bepaalde dag van de week het programma niet is ingesteld bij [8. INSTELLING
PROGRAMMASCHEMA'S], dan wordt het programma niet uitgevoerd ongeacht of "Day off" ingesteld is.
6
Druk op de entertoets en u krijgt het volgende scherm.
7
Om terug te keren naar het scherm voor de functie-instellingen, drukt u op Cancel.
Na het voltooien van de instellingen drukt u op de menutoets en u komt terug in het monitorscherm.
8. INSTELLING PROGRAMMA'S
8-1. Over de programmainstelling
8-1-1. Programmanaam
Zowel bij "Schedule 1" als bij "Schedule 2" kan u een programma instellen. Deze kunnen niet simultaan toegepast
worden. Gebruik ze bijvoorbeeld als zomer- of winterinstelling.
8-1-2. Instelling tijd en functies
Vier tijdstippen per dag kunnen ingesteld worden in een programma. Stel het schema zodanig in dat het
overeenkomt met uw dagelijkse routine.
VB. 1) Eenmaal per dag Aan en Uit
VB. 2) Tweemaal per dag Aan en Uit
VB. 3) Temperatuur wijzigen tijdens de werking
25