Opmerking
Wanneer de werkingsmodus ingesteld staat op "Dry" (ontvochtigen), schakelt de ventilatorsnelheid naar "Auto".
(Ventilatorsnelheid kan hier niet geselecteerd worden).
2
Andere werkingsfuncties kunnen daarna ingesteld worden.
Om de instellingen te voltooien, drukt u op de entertoets en u keert terug naar het scherm "Operation (unit
select)".
6-3-5. Instelling '10° C verwarmen'
1
Selecteer met de pijltjestoets (links/rechts) "10° C Heat" en zet op "On" met de pijltjestoets (op/neer), de functie
'10° C verwarmen' start op.
Opmerking
• Wanneer bij een draaiende binnenunit de functie "10° C verwarmen" wordt aangezet, dan stopt de normale
werking en start deze functie. ("On-Off" schakelt naar "Off").
• Wanneer "On-Off" op "On" gezet wordt, nadat de functie "10° C verwarmen" aangezet is, dan stopt deze laatste
functie. ("10° C Heat" schakelt naar "Off").
• Terwijl de binnenunits (behalve de geselecteerde) in koel- of droogmodus draaien, verschijnt de instelling "10° C
heat" niet op het scherm. (Kan niet ingesteld worden.)
2
Andere werkingsfuncties kunnen daarna ingesteld worden.
Om de instellingen te voltooien, drukt u op de entertoets en u keert terug naar het scherm "Operation (unit
select)".
6-3-6. Instelling 'Economy'
1
Selecteer met de pijltjestoets (links/rechts) "Economy" en zet op "On" met de pijltjestoets (op/neer).
Opmerking
• Wanneer bij de functie-instellingen "Economy (All)" ingeschakeld is ("Enable"), kan u deze functie niet uitzetten
met de standaard bediening van het toestel. Indien dit nodig zou zijn, moet u bij de functie-instellingen "Economy
(All)" uitschakelen ("Disable").
• Tijdens de functie '10° C verwarmen', kan u de Economy-functie niet instellen. (Verschijnt niet op het scherm).
2
Andere werkingsfuncties kunnen daarna ingesteld worden.
Om de instellingen te voltooien, drukt u op de entertoets en u keert terug naar het scherm "Operation (unit
select)".
19