Keuzeschakelaar: demping (4)
Op het DIL-schakelaarblok bevinden zich drie schakelaars, waarmee
u de in- en uitschakelvertraging kunt instellen. Daarmee kunt u bijvoor-
beeld het continu schakelen van het instrument verhinderen, wanneer
het niveau zich binnen het grenswaardebereik bevindt.
De vertraging heeft betrekking op de schakeltoestand van de beide
relaisuitgangen.
Met de schakelaars (2 s, 6 s, 12 s) kunt u de demping in het bereik van 0
tot 20 seconden instellen. De tijden van de geactiveerde tijdschakelaar
worden opgeteld. Wanneer bijvoorbeeld de schakelaars 2 s en 12 s zijn
geactiveerd, is de demping 14 s.
Bedrijfsstandenomschakeling (5)
Met de bedrijfsstandomschakeling (A/B) kunt u de schakeltoestand van
de uitgang veranderen. U kunt daarmee de gewenste bedrijfsmodus
instellen (A - maximaal niveaudetectie resp. overvulbeveiliging, B - mini-
maal niveaudetectie resp. droogloopbeveiliging).
Trekbeugel (7)
Maak de bevestigingsschroeven van de elektronica los. Klap de trekbeu-
gel naar boven. Met de trekbeugel kunt u de elektronica uit de behuizing
trekken.
6.3
Bediening meetsonden EL 1, EL 3, EL 4, EL 6,
EL 8
De bediening van de meetsonden EL vindt plaats via een geschikte rege-
laar (bijv. VEGATOR 131, 132). De aansluit- en bedieningsmogelijkheden
zijn te vinden in de productinformatie over de desbetreffende regelaars.
1
2
3
4
Fig. 18: Display- en bedieningselementen aan de hand van het voorbeeld van de
VEGATOR 132
1
Potentiometer voor schakelpuntinstelling
2
DIL-schakelaarblok
3
Controlelampen (LED's)
4
Opklapbare frontplaat
Conductief
Bediening
11