De vooraf gedefinieerde meldingenlijst:
•
Abnormale trilling
•
Abnormale temperatuur
•
Abnormaal geluid
•
Te veel gesmeerd
•
Smering vereist
•
Elektrisch defect
•
Bevestiging defect
•
Riemslijtage
•
Koppelingsslijtage
•
Oliepeil
•
Gebrekkige werking
•
Lek
•
Luchtlek
•
Stoomlek
•
Vacuümlek.
Gebruik de pijl omhoog en omlaag knoppen om de gewenste meldingstekst te markeren, en druk
vervolgens op de Enter knop.
U kunt verschillende meldingen aan een meting toevoegen.
De meldingen worden als evenementen overgedragen in Ultranalysis.
14.2.5
Instellen van de SDT270
Het volgende scherm verschijnt indien de correcte sensor actief is:
14.2.5.1
Pas de versterking aan (US-sensoren)
Gebruik de pijl omhoog en omlaag knoppen om de versterkingsfactor aan te passen tot de
versterkingsindicatoren omhoog en omlaag verdwijnen. De versterking kan worden ingesteld van 0
tot 90 dB.
De status-LED fungeert als oversturingsindicator, die rood knippert als het versterkingsniveau te
hoog is.
14.2.5.2
Pas het volume van de hoofdtelefoon aan (ultrasone sensoren accelerometers)
Verhoog of verlaag het volume van de hoofdtelefoon met de linker en rechter pijlknoppen tot een
voor u comfortabel signaalniveau.
DC.R270.MAN.005--10--SDT270-user-manual-NL.docx
28/62