tot het doel, zodat de thermische en
optische beelden beter overlappen.
3
Druk op
verlaten.
Opmerking
Uw camera zal periodiek een zelfkalibratie
uitvoeren om de beeldkwaliteit te optimaliseren
en de nauwkeurigheid te meten. In dit proces
wordt het beeld kort gepauzeerd en hoort u een
"klik" wanneer een sluiter voor de detector
beweegt. De zelfkalibratie zal frequenter
gebeuren tijdens het opstarten of in zeer koude
of warme omgevingen. Dit is een normaal
onderdeel van de het gebruik om optimale voor
uw camera te garanderen.
4.2
Paletten instellen
Met de paletten kunt u de gewenste kleuren
selecteren.
Stappen:
1
Selecteer een palet op een van de volgende
manieren:
− Ga naar Instellingen → Paletten en druk
op
paletten.
− Druk in liveweergave op
palet te wisselen.
2
Druk op
verlaten.
4.3
Niveau & bereik instellen
Stel een weergavetemperatuurbereik in. Het
palet zal alleen werken voor doelen binnen het
temperatuurbereik. U kunt een beter
beeldcontrast verkrijgen door de parameters
voor niveau en bereik aan te passen.
Stappen:
1
Druk in de liveweergave-interface op
om het menu te tonen.
2
Druk op
bereik.
3
Selecteer Instellingsmodus en druk op
en handmatige aanpassing.
om te schakelen tussen
/
om te schakelen tussen automatische
In de modus Automatisch past het
apparaat het
weergavetemperatuurbereik
automatisch aan.
Selecteer in de Handmatige modus
Parameters om de
om op te slaan en te
om op te slaan en te
en selecteer Niveau &
6
om van