4 Fax
Geef F-codesignalen op binnen het bereik van 1 tot 20 cijfers, en gebruik de nummers
(0–9) en symbolen (#, *).
Vraag het externe apparaat om de methode voor het opgeven van F-codesignalen.
1.
Druk op de < > of de < > toets om [F-
code] weer te geven op het scherm
Faxen.
2.
Selecteer [F-code] met de toets
<Selecteren>.
3.
Selecteer de gewenste optie.
Uit
Hiermee wordt de toepassing uitgeschakeld.
F-code
U kunt de F-code invoeren met de aantaltoetsen op het bedieningspaneel.
Toegangscode
U kunt de toegangscode invoeren met de aantaltoetsen op het bedieningspaneel.
De F-code moet worden ingesteld als de toegangscode wordt opgegeven. U kunt geen
toegangscode opgeven zonder een F-code.
Internationale communicatie
Gebruik deze functie om storingen op telefoonlijnen te minimaliseren. Deze storingen
treden vaak bij internationale verbindingen op.
1.
Druk op de < > of de < > toets om
[Internat. comm.] weer te geven op het
scherm Faxen.
2.
Selecteer [Internat. comm.] met de toets
<Selecteren>.
3.
Selecteer [Aan] met de toets <Selecteren> om de toepassing in te schakelen.
82
Xerox CopyCentre/WorkCentre 118 Handleiding voor de gebruiker