5.Inschakelen versnelling
VOORZICHTIG:
Draai de gasklephendel naar de lage stand en ontkoppel de koppeling
voordat u de schakelhendel verplaatst. Oefen geen overmatige kracht
uit op de schakelhendel.
Kies de juiste versnelling met behulp van de tabel Selectietabel
versnellingen.
• Bedien de schakelhendel pas nadat de koppeling ontkoppeld is.
• Als de schakelhendel moeilijk verplaatst kan worden, knijp dan de
koppelingshendel eenmaal in, laat de koppelingshendel weer los en
probeer de schakelhendel opnieuw te verplaatsen.
• Let bij het achteruitrijden op uw voeten en neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht:
1.Controleer of er zich geen personen of objecten achter u bevinden.
2.Verlaag het motortoerental.
3.Houd de stuurboom met twee handen stevig vast.
4.Laat de koppeling voorzichtig in aangrijping komen en zorg ervoor
dat hij op elk moment ontkoppeld kan worden.
SE- en SER-types:
ACHTER-
UIT
NEUTRAAL
SCHAKELPLAAT
VOORUIT
SCHAKELHENDEL
31