U kan kan het toestel om de hals hangen zodat u uw twee handen vrij hebt tijdens het
meten.
Bevestig de draagriem via de sleuven aan de zijkant (zie afbeelding) en pas de lengte aan.
10. ONDERHOUD
Gebruik een zacht doekje om stof of onzuiverheden te verwijderen. Is het toestel te vuil,
reinig het dan met een doek en water en laat het toestel volledig opdrogen alvorens het te
gebruiken.
♦ Gebruik geen solventen zoals benzine, aceton e.d.; deze kunnen het plastiek van de
behuizing beschadigen.
11.
HERSTELLING
Als het toestel niet naar behoren functioneert, stuur het dan terug naar de verdeler en geef
zoveel mogelijk informatie over de aard van het defect. Hoe meer details, hoe sneller de
herstelling kan uitgevoerd worden.
Controleer eerst of de richtlijnen werden nageleefd.
Kijk de meetsnoeren, de zekering en de batterijen na.
Controleer of u alle toebehoren hebt om met het toestel terug te sturen.
OPGELET
14