5.13
Handelwijze bij storingen
Voordat u contact opneemt met de afdeling klantenservice, controleert u of:
1. U de instructies onder "De koelkast inschakelen" hebt gevolgd.
2. De koelkast waterpas staat.
3. Het mogelijk is de koelkast te gebruiken met een beschikbare krachtbron.
Storing: De koelkast werkt niet met het gebruik van gas.
Mogelijke oorzaak
a.) De gasfles is leeg.
b.) Is de voorgeschakelde afsluitinrichting
geopend?
c.) Zit er lucht in de leiding?
Storing: De koelkast presteert niet bij werking op 12 V.
Mogelijke oorzaak
a.) De zekering aan de kant van het
voertuig is defect.
b.) De accu is leeg.
c.) De ontsteking is niet ingeschakeld.
Storing: De koelkast werkt niet op 230V
Mogelijke oorzaak
a.) De zekering aan de kant van het
voertuig is defect.
b.) Het voertuig is niet op het
electriciteitsnet aangesloten.
c.) AES: Gasgebruik ondanks aansluiting
op electriciteitsnet?
Storing: De koelkast koelt te weinig.
Mogelijke oorzaak
a.) De ventilatie van het koelaggregaat is
niet voldoende.
b.) De thermostaatregelaar staat te laag.
c.) De verdamper raakt teveel bevroren.
d.) De koelkast werd op korte termijn met
teveel warme levensmiddelen gevuld.
e.) De koelkast is nog niet lang genoeg
ingeschakeld.
Wat kunt u doen
a.) Gasfles wisselen.
b.) Afsluitinrichting openen.
c.) Apparaat uitschakelen en opnieuw opstarten.
Deze handeling evt. 3 - 4 keer herhalen.
Wat kunt u doen
a.) De zekering vervangen.
b.) De accu controleren en laden.
c.) De motor starten.
Wat kunt u doen
a.) De zekering vervangen.
b.) Opnieuw verbinding met electriciteitsnet
maken.
c.) Apparaat schakelt vanwege te lage
netspanning op gas over (schakelt
automatisch op de 230 V-voorziening terug).
Wat kunt u doen
a.) Controleren, of de ventilatieroosters
niet geblokkeerd zijn.
b.) Thermostaatregelaar hoger zetten.
c.) Controleren, of de deur van de
koelkast goed sluit.
d.) Levensmiddelen eerst laten afkoelen.
e.) Controleren, of de koeling na een
paar uur nog koelt.
15