Aard van de werkzaamheden
Controle/Onderhoud/Inspectie
Algemeen
Spanning en stroom controleren
Werking compressor/ventilatoren controleren
Vervuiling condensor/verdamper
Vulhoeveelheid koudemiddel controleren
Condensafvoer controleren
Isolatie controleren
Bewegende delen controleren
Lektest koudekringloop
1)
Zie instructie
Reiniging van de behuizing
1.
Onderbreek de stroomvoorziening naar het
apparaat.
2.
Reinig het rooster en de afdekking met een
licht bevochtigde doek.
3.
Schakel de stroomvoorziening weer in.
Luchtfilter van de binnenunit
Reinig het luchtfilter minimaal om de 2 weken. Ver-
kort deze periode bij sterk verontreinigde lucht.
Inbedrijf-
Maande-
stelling
lijks
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
Reiniging van de filters
1.
Onderbreek de stroomvoorziening naar het
apparaat.
2.
Open de voorzijde van het apparaat, door de
apparaatafdekking naar boven te klappen en
te laten vergrendelen (Afb. 26).
3.
Til de filters op en trek deze er naar onder
toe uit.
4.
Reinig het filter met een normale stofzuiger.
Draai daarvoor de verontreinigde zijde naar
boven (Afb. 27).
5.
U kunt verontreinigingen ook voorzichtig met
lauwwarm water en een mild reinigings-
middel verwijderen. Draai hiervoor de veront-
reinigde zijde naar onder (Afb. 28).
6.
Laat het filter bij gebruik van water eerst vol-
ledig drogen in de omgevingslucht, voor het
weer in het apparaat plaatsen.
7.
Plaats het filter voorzichtig. Let daarbij op de
correcte plaatsing.
8.
Sluit de voorzijde zoals hierboven
beschreven in omgekeerde volgorde.
9.
Schakel de stroomvoorziening weer in.
10.
Schakel het apparaat weer in.
Halfjaar-
Jaarlijks
lijks
l
l
l
l
l
l
l
l
1)
45