Inhoudsopgave
Advertenties
Een nieuwe Song creëren
4. Druk op [SONG REC] om REC TYPE in 'STEP REC' te veran-
deren.
Door [SONG REC] in te drukken kunt u tussen REALTIME en
STEP REC afwisselen.
U kunt ook tussen REALTIME en STEP REC afwisselen door de
cursor naar REC TYPE te verplaatsen en aan de VALUE knop
te draaien.
5. Gebruik [
] [
] [
selecteren, en draai aan de VALUE knop om de waarde te
bewerken.
Parameter
Waarde
PART
1–16
TONE
Selecteert een Tone.
REPLACE
Rec Mode
MIX
Specificeert de locatie (MEAS: BEAT: TICK)
Start
waarop de opname zal starten.
Octave
-4–+4
6. Druk op [
] om de opname te starten.
Het SONG STEP REC scherm verschijnt.
7. Gebruik [
] [
] [
selecteren, en instellingen te maken voor de noten die u
gaat invoeren.
Parameter
Waarde
Specificeert de timing waarde van
de noten die ingevoerd worden.
1/32–
NOTE
De noot waarde geeft de lengte
2/1
van een Note-on naar de vol-
gende Note-on aan.
30
] [
] om een parameter te
Uitleg
Selecteert het op te nemen Part.
Nieuw materiaal wordt opgeno-
men terwijl eerder opgenomen
materiaal wordt gewist.
Nieuwe noten worden bovenop
eerder opgenomen noten opgeno-
men.
Verschuift de noten tijdens de
opname in eenheden van een
octaaf.
] [
] om een parameter te
Uitleg
Parameter
Waarde
Specificeert de tijdsduur tussen de
Note-on en note-off, als percen-
tage van de noot waarde. Selec-
teer een kleinere waarde om een
GATE
1–100%
staccato gevoel te creëren, of een
hogere waarde om een tenuto of
slur te creëren.
Normaalgesproken stelt u dit op
ongeveer 80% in.
Specificeert de Velocity van de
noten die worden ingevoerd.
Selecteer 'REAL' als u wilt dat de
noten de werkelijke sterkte waar-
mee u de toets aanslaat weerge-
REAL,
VELOCITY
ven. Anders correspondeert 'p'
1–127
(piano) met een waarde van onge-
veer 60, 'mf' (mezzoforte) met een
waarde van ongeveer 90, en 'f'
(forte) met een waarde van onge-
veer 120.
8. Gebruik [
] [
] om de invoerpositie (step) te verplaat-
sen, en druk dan een toets in.
Als u een toets indrukt, verschuift de invoer positie naar
voren, met de lengte van de NOTE instelling.
Als [
] wordt ingedrukt, wordt de invoer positie volgens de
huidige NOTE instelling naar achteren verplaatst. Als [
wordt ingedrukt, wordt de invoer positie volgens de huidige
NOTE instelling naar voren verplaatst.
U kunt de [0]-[3] knoppen gebruiken om de volgende opera-
ties uit te voeren:
Knop
[0] (BACK DEL)
Annuleert de laatst ingevoerde noot.
Voert een verbindingsboog in, door de
tijdsduur van de laatst ingevoerde noot
[1] (TIE)
uit te breiden met de huidige lengte instel-
ling.
Annuleert de laatst ingevoerde verbin-
[2] (UNTIE)
dingsboog.
Voert een rust in. Stel NOTE op de lengte
[3] (REST)
van de rust die u wilt invoeren in, en druk
dan op [3] (REST).
9. Herhaal stappen 7 tot 9 om noten in te voeren.
Elke parameter behoudt de waarde die u specificeert, dus de
instellingen hoeven niet veranderd te worden als u dezelfde
waardes voor de volgende noot wilt gebruiken. Nadat u de
GATE en VELOCITY heeft gespecificeerd, hoeven deze
Uitleg
]
Uitleg
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
