17
|
Installatie van de leidingen
17 Installatie van de leidingen
In dit hoofdstuk
17.1 Koelmiddelleiding voorbereiden
17.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen
Diameter koelmiddelleidingen
Materiaal koelmiddelleidingen
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
52
17.1
Koelmiddelleiding voorbereiden ............................................................................................................................................
17.1.1
Vereisten voor de koelmiddelleidingen.................................................................................................................
17.1.2
Isolatie van de koelmiddelleidingen ......................................................................................................................
17.2
Koelmiddelleiding aansluiten .................................................................................................................................................
17.2.1
Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen..................................................................................................
17.2.2
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen.....................................................................
17.2.3
Richtlijnen bij het aansluiten van de vloeistofleiding............................................................................................
17.2.4
Richtlijnen bij het aansluiten van de gasleiding.....................................................................................................
17.2.5
Koelmiddelleiding op de binnenunit aansluiten....................................................................................................
OPMERKING
De leidingen en andere drukvoerende delen moeten geschikt zijn voor koelmiddel.
Gebruik met fosforzuur gedeoxideerde, naadloze koperen leidingen voor de
koelmiddelleidingen.
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten vermeld in de
veiligheidsmaatregelen" [
▪
Vreemde stoffen in de leidingen, waaronder oliën die tijdens de fabricage
worden gebruikt, mogen niet meer dan 30 mg/10 m bedragen.
Gebruik dezelfde diameters als die van de aansluitingen op de buitenunits:
Klasse
200
250
▪
Leidingmateriaal: met fosforzuur gedeoxideerd naadloos koper
▪
Flareverbindingen: Gebruik alleen gegloeide leidingen.
▪
Hardingsgraad en dikte leidingen:
Buitendiameter (Ø)
9,5 mm (3/8")
19,1 mm (3/4")
22,2 mm (7/8")
(a)
Afhankelijk van de toepasselijke wetgeving en de maximale bedrijfsdruk van de unit (zie
"PS High" op het naamplaatje van de unit), zijn mogelijk dikkere leidingen vereist.
4
7].
Buitendiameter leiding (mm)
Vloeistofleiding
Ø9,5 mm
Ø9,5 mm
Hardingsgraad
Gegloeid (O)
≥0,8 mm
"2 Algemene
Gasleiding
Ø19,1 mm
Ø22,2 mm
(a)
Dikte (t)
Ø
VRV-systeemairconditioner
4P701548-1 – 2022.07
52
52
53
53
53
54
55
56
57
t
FXMQ-A