11.1.2 Symptoom: De ventilatorsnelheid stemt niet overeen met de instelling
11.1.3 Symptoom: De luchtstroomrichting stemt niet overeen met de instelling
11.1.4 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit)
11.1.5 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit, buitenunit)
11.1.6 Symptoom: Op de gebruikersinterface staat "U4" of "U5", de unit stopt, en start weer na
enkele minuten
11.1.7 Symptoom: De airconditioners maken lawaai (binnenunit)
FXHQ-A
VRV-systeemairconditioner
4P715928-1 – 2022.11
start de airconditioner pas 5 minuten nadat hij werd uitgeschakeld. Deze
vertraging wordt ook toegepast na gebruik van de keuzeknop voor de
bedrijfsstand.
▪
Het systeem start niet meteen nadat de voeding is ingeschakeld. Wacht één
minuut tot de microcomputer bedrijfsklaar is.
De ventilatorsnelheid verandert niet wanneer u op de instelknop voor de
ventilatorsnelheid drukt. Wanneer de kamertemperatuur bij het verwarmen de
ingestelde temperatuur bereikt, valt de buitenunit stil en gaat de ventilator van de
binnenunit over naar fluistersnelheid. Dit voorkomt dat koude lucht rechtstreeks
op de personen in de kamer wordt geblazen. De ventilatorsnelheid verandert niet
wanneer u op de knop drukt.
De luchtstroomrichting stemt niet overeen met het display van de
gebruikersinterface. De luchtstroomrichting zwenkt niet. Dit komt doordat de unit
door de microcomputer wordt bestuurd.
▪
Wanneer het vochtgehalte bij het koelen hoog is. Als de binnenkant van een
binnenunit extreem vuil is, zal de temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn.
Daarom is het nodig om de binnenkant van de binnenunit schoon te maken.
Vraag aan uw dealer meer informatie over het schoonmaken van de unit. Dit is
het werk van een erkend servicetechnicus.
▪
Meteen na het beëindigen van het koelen en bij lage kamertemperatuur en laag
vochtgehalte. Warm koelgas stroomt terug in de binnenunit en produceert
stoom.
Wanneer het systeem na het ontdooien wordt omgeschakeld op verwarmen. Het
vocht van het ontdooien wordt omgezet in stoom en wordt uitgeblazen.
De gebruikersinterface wordt gestoord door interferentie van andere elektrische
toestellen. Dit maakt communicatie tussen de units onmogelijk, en ze worden
stilgelegd. De werking wordt automatisch hervat zodra de interferentie ophoudt.
De voeding uit- en weer inschakelen kan dit probleem oplossen.
▪
Een zoevend geluid is hoorbaar onmiddellijk na het inschakelen van de voeding.
De elektronische expansieklep in een binnenunit begint te werken en produceert
het geluid. Dit zal na ongeveer één minuut echter afnemen.
▪
Er is een constant "shah" geluid hoorbaar wanneer het systeem koelt of stilstaat.
Dit geluid wordt geproduceerd wanneer de afvoerpomp draait.
11
Opsporen en verhelpen van storingen
|
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
35