Draadloos netwerk instellen
• Netwerksleutel: geef de sleutelwaarde van de
netwerkcodering in.
• Netwerksleutel bevestigen: bevestig de
sleutelwaarde van de netwerkcodering.
• WEP-sleutelindex: Als u WEP-codering gebruikt,
selecteert u de juiste WEP-sleutelindex.
Het beveiligingsvenster voor het draadloze netwerk
verschijnt als het ad-hocnetwerk een
beveiligingsinstelling heeft.
Het beveiligingsvenster voor het draadloos netwerk
verschijnt. Selecteer Open syst. of Ged. Sleutel voor de
verificatie en klik op Next.
• WEP (Wired Equivalent Privacy) is een
beveiligingsprotocol dat ervoor zorgt dat onbevoegden
geen toegang kunnen krijgen tot uw draadloze
netwerk. Via WEP wordt het gegevensgedeelte van elk
pakket dat via een draadloos netwerk wordt verzonden
met een 64-bits of 128-bits WEP-coderingssleutel
gecodeerd.
15
Er verschijnt een venster met de instellingen van het
draadloze netwerk. Controleer de instellingen en klik op
Next.
2. Een via een netwerk aangesloten
Voordat u het IP-adres van de printer invoert, moet u de
netwerkinstellingen van de computer weten. Als de
netwerkconfiguratie van de computer is ingesteld op
DHCP, moet de instelling voor het draadloze netwerk ook
DHCP zijn. Als de netwerkconfiguratie van de computer
is ingesteld op Statisch, moet de instelling voor het
draadloze netwerk ook Statisch zijn.
Als de computer is ingesteld op DHCP en u voor het
draadloos netwerk de instelling Statisch wilt gebruiken,
neemt u contact op met de netwerkbeheerder voor het
statische IP-adres.
• Voor de methode DHCP
Als de toewijzingsmethode voor het IP-adres DHCP is,
controleert u of DHCP wordt vermeld in het venster
Bevestiging van instelling van draadloos netwerk.
Indien Statisch wordt vermeld, klikt u op TCP/IP
wijzigen om de toewijzingsmethode te wijzigen in IP-
adres automatisch ontvangen (DHCP).
• Voor de methode Statisch
Als de toewijzingsmethode voor het IP-adres Statisch
is, controleert u of Statisch wordt vermeld in het
venster Bevestiging van instelling van draadloos
netwerk. Als DHCP wordt vermeld, klikt u op de knop
TCP/IP wijzigen om het IP-adres en andere
netwerkinstellingen van de printer in te voeren.
Voorbeeld:
53
apparaat gebruiken