Veelgebruikte functies
Dit hoofdstuk beschrijft het maken van opnamen in speciale
omstandigheden en het gebruik van basisfuncties, zoals de
zelfontspanner en het uitschakelen van de flitser.
•
In dit hoofdstuk wordt ervan uitgegaan dat de camera is ingesteld op de
modus A voor "Nader inzoomen op het onderwerp (Digitale Zoom)"
(p. 58)
tot "De zelfontspanner gebruiken"
maakt in een andere modus dan A, controleert u welke functies
beschikbaar zijn in die modus
•
In de gedeelten "Opnamen maken in diverse omstandigheden"
"Opnamen maken die lijken op een miniatuurmodel (Miniatuureffect)"
(p. 70)
wordt aangenomen dat de bijbehorende modus is geselecteerd.
voor opnamen
(p.
61). Wanneer u opnamen
(pp. 182
– 185).
3
(p. 62)
t/m
57