U moet dit menu-item
gebruiken:
Optie instellingen 2 3
Vergrendeling
bedeningspaneel
Optie instellingen 2 3
Standby RGB/audio
(XJ-UT serie/XJ-S400UN/
XJ-S400WN)
Optie instellingen 2 3
Ondertiteling (V)
Optie instellingen 2 3
Timertype
Optie instellingen 2 3
Timerfunctie
Optie instellingen 2 3
Ingangsniveau microfoon
(XJ-UT serie/XJ-F21XN/
XJ-F211WN/XJ-S400UN/
XJ-S400WN)
Optie instellingen 2 3
Menu terugstellen
3
1
Netwerkinstellingen*
LAN (via bedrading)
informatie
3
1
Netwerkinstellingen*
Draadloos LAN informatie
3
1
Netwerkinstellingen*
Netwerkinstellingen 3
IP-instelling (LAN1)
Om dit te doen:
U kunt de werking van de toetsen op de projector zelf uitschakelen.
Zie "Vergrendeling bedieningspaneel" (bladzijde 55) voor meer informatie.
Bepaal dat het beeldsignaal dat de projector binnenkomt wordt doorgegeven via de
MONITOR OUT-aansluiting en een binnenkomend audiosignaal via de AUDIO OUT-
aansluiting wanneer de projector uit (standby) staat (de projector staat uit, maar heeft
wel stroom). Het geproduceerde beeld wordt vastgezet als het videosignaal van de
COMPUTER IN 1-aansluiting van de projector. De geproduceerde audio is het
audiosignaal van de audio-ingangsaansluiting die is toegewezen aan "Computer1"
van de signaalbron en het audiosignaal van de MIC-aansluiting.
Weergave: Selecteer deze instelling om de audio- en videosignalen door te geven
wanneer de projector uit (standby) staat.
Geen weergave*: Selecteer deze instelling om de audio- en videosignalen niet door
te geven wanneer de projector uit (standby) staat.
Opmerking
Wanneer "Weergave" wordt geselecteerd voor deze instelling, wordt het
audiosignaal gereproduceerd via de AUDIO OUT-aansluiting wanneer het
toestel uit (standby) staat ongeacht de huidige instelling voor "Optie
instellingen 2 3 Audio uitgang".
Het videosignaal dat binnenkomt via de COMPUTER IN 2-aansluiting kan
niet worden gereproduceerd via de MONITOR OUT-aansluiting.
Bepaal of er ingesloten ondertiteling moet worden weergegeven wanneer er een
videosignaal wordt geprojecteerd dat dergelijke gegevens bevat.
Uit*: De ingesloten ondertiteling wordt niet weergegeven.
CC1, CC2, CC3, CC4: Geeft de huidige instelling in voor de weergave van de
ingesloten ondertiteling (CC1, CC2, CC3 en CC4).
Selecteer het type timer dat u wilt projecteren wanneer er op de [TIMER] toets wordt
gedrukt.
Aftellen*: Projecteert een afteltimer (bladzijde 56).
Presentatie: Projecteert een presentatietimer (bladzijde 58).
Open het instelscherm voor de afteltijd (bladzijde 57) wanneer "Aftellen" is
geselecteerd voor "Optie instellingen 2 3 Timertype". Als "Presentatie" is
geselecteerd, toont dit menu-item het functiemenu voor de timer (bladzijde 58).
Regel het volumeniveau van audiosignalen die binnenkomen via de MIC-aansluiting
binnen een bereik van 0* (geen geluidsweergave) t/m 3 (maximum).
Hiermee zet u alle items op het "Optie instellingen 2" hoofdmenu terug op hun
fabrieksinstellingen voor de op dit moment geprojecteerde signaalbron.
Bekijk informatie over de huidige status van de bedrade LAN-verbinding.
Bekijk informatie over de status van de huidige draadloze LAN-verbinding.
Bepaalt hoe een IP-adres wordt gespecificeerd wanneer de projector is verbonden
met een netwerk.
Automatisch*: Het IP-adres wordt automatisch verkregen van de DHCP-server.
Handmatig: Handmatig invoeren van het IP-adres.
Wanneer "Handmatig" is geselecteerd, kunnen de instellingen voor de volgende
items ook met de hand worden bepaald: "IP-adres", "Subnetmasker", "Standaard
gateway".
65