Automatische stroomonderbreking
Volgens de fabrieksinstelling is de automatische stroomonderbreking ingeschakeld en zal de projector
uit worden gezet na ongeveer 10 minuten niet gebruikt te zijn (geen bediening met de toetsen of
ingangssignaal). U kunt "Optie instellingen 1 3 Automatische stroomonderbreking" (bladzijde 64)
gebruiken om de tijd voor de automatische stroomonderbreking te wijzigen of on de automatische
stroomonderbreking uit te schakelen.
Automatische projectie-onderbreking
De automatische projectie-onderbreking schakelt de projectielichtbron uit wanneer het ingangssignaal
tijdens de projectie uitvalt. De lichtbron wordt weer ingeschakeld als het ingangssignaal van de
oorspronkelijke signaalbron wordt hersteld binnen 20 minuten nadat de lichtbron is uitgeschakeld.
Deze functie is handig wanneer meerdere computers om en om worden verbonden met de projector.
Zie voor details "Gebruiken van de automatische projectie-onderbreking" (bladzijde 47).
Selecteren van de signaalbron (INPUT)
Uw projector kan beelden projecteren van de hieronder beschreven signaalbronnen.
Signaalbron
1
Computer (1/2)*
Projecteert het RGB-signaal van een computer of het component videosignaal van een
videotoestel dat is aangesloten op een van de COMPUTER IN (1/2) aansluitingen van de
projector.*
Video
Projecteert het composiet videosignaal van een videotoestel dat is aangesloten op de VIDEO
aansluiting van de projector.
1
HDMI (1/2)*
Projecteert het HDMI(PC) signaal van een computer of HDMI(DTV) signaal van een
videotoestel dat is aangesloten op een van de HDMI(1/2) aansluitingen van de projector.*
CASIO USB-tool*
2
Projecteert het scherm van een grafische calculator (bladzijde 37).
2
Netwerk*
Projecteert het beeld van een computer op het netwerk waarmee de projector is verbonden.
Zie voor details de aparte "Netwerkfunctiegids".
Sjablonen
Projecteert het beeld van een van de ingebouwde sjablonen van de projector*
*1 Het aantal ingangsaansluitingen hangt af van het model van uw projector.
*2 Alleen netwerkmodellen
*3 Bij een netwerkmodel kunt u sjabloonafbeeldingen toevoegen. Zie voor details de aparte
"Netwerkfunctiegids".
Resolutie
Afhankelijk van het model projector, is de projectieresolutie vastgesteld op XGA (1024 × 768 pixels),
WXGA (1280 × 800 pixels), of WUXGA (1920 × 1200 pixels). Wanneer het ingangssignaal dat
ontvangen wordt van de computer niet overeenkomt met de projectieresolutie van de projector, kan
het beeld grof lijken, kunnen tekst en andere tekens moeilijk te lezen zijn of kan er een moiré-patroon
verschijnen. Als dit gebeurt, kunt u het volgende proberen.
Verander de uitgangsresolutie van de computer zo dat deze overeenkomt met de projectieresolutie
van de projector. Zie voor informatie over de projectieresolutie van uw projector "Technische
gegevens" (bladzijde 88). Raadpleeg de documentatie van uw computer voor details omtrent het
wijzigen van de instellingen daarvan.
Verander de instelling "Hor.-Ver. verhouding" naar "Waar" (alleen van toepassing op modellen die
WXGA- of WUXGA-projectieresolutie ondersteunen).
Bij de instelling "Waar" projecteert de projector het ingangssignaal op de daadwerkelijke grootte
(1 beeldpunt in het ingangssignaal is daarbij gelijk aan 1 beeldpunt zoals geprojecteerd door de
projector). Zie voor details over het configureren van de beeldverhouding "Verander de
beeldverhouding van het geprojecteerde beeld (ASPECT)" (bladzijde 50).
1
42
Beschrijving
1
3
(bladzijde 53).