4.
Zorg ervoor dat de papiergeleiders in de lade zijn afgestemd op het papierformaat. Pas de geleiders
aan tot de juiste inspringing in de lade. De pijl op de geleider in de lade moet precies zijn uitgelijnd
met de markering op de lade.
OPMERKING:
Verplaatst de papiergeleiders niet te strak tegen de papierstapel. Pas de
papiergeleiders aan op basis van de inkepingen of de markeringen in de lade.
In de volgende afbeelding staan voorbeelden van de inkepingen voor papierformaat in de laden. De
meeste HP-printers hebben vergelijkbare markeringen.
Afbeelding 6-1
Voorbeelden van formaatmarkeringen
5.
Controleer of de vochtigheid in de ruimte voldoet aan de specificaties voor deze printer en of
het papier in ongeopende pakken wordt bewaard. Papier wordt meestal in vochtwerende pakken
verkocht om het papier droog te houden.
In omgevingen met een hoge luchtvochtigheid kan het papier bovenaan op de stapel in de lade
vocht absorberen en er golvend of ongelijkmatig uitzien. Als dit gebeurt, verwijdert u de bovenste 5
tot 10 vellen papier van de stapel.
In omgevingen met een lage luchtvochtigheid kunnen vellen papier aan elkaar blijven plakken door
overtollige statische elektriciteit. Als dit gebeurt, verwijdert u het papier uit de lade en buigt u de
stapel door deze aan beide uiteinden vast te houden en de uiteinden omhoog te duwen in de vorm
van een U. Duw de uiteinden daarna omlaag om de U-vorm om te keren. Houd beide zijden van de
stapel papier vast en herhaal deze stappen. Hierdoor maakt u de vellen papier los zonder statische
elektriciteit te veroorzaken. Maak de papierstapel recht op een tafel voordat u de stapel teruglegt in
de lade.
De printer pakt geen papier op
71