3.5. Verwijderen transportbeveiliging
ä
Waarschuwing!
Verwijder ALTIJD de transportbeveiligingen van de
warmtepomp.
Het niet verwijderen van de transportbeveiligingen zorgt ervoor
dat het gehele toestel in bedrijf onbedoeld gaat trillen. Dit
veroorzaakt geluidsoverlast!
4
3
2
De volgende transportbeveiligingen moeten worden verwijderd
nadat de warmtepomp is gemonteerd:
●
de klemplaat (en vleugelmoer)
●
de twee rode schuimstroken
3
●
het klittenband
rondom de platenwisselaar en de
compressor;
4
●
de rode schuimstrook
tussen de compressor en de
platenwisselaar.
1
2
1
van de bodemplaat;
2
onder de bodemplaat;
3.6. Monteren voorkap
ä
Let op!
Zorg ervoor dat tijdens bedrijf de wamtepomp goed gesloten is.
Is dit niet het geval dan kan geluidsoverlast en/of ongewenste
condensvorming optreden.
a) Houd de voorkap iets schuin en haak de bovenzijde over de rand
van de behuizing.
b) Kantel de voorkap naar de behuizing zodat de aardpennen in de
voorkap vallen.
c) Maak de sluiting dicht.
d) Schroef de zwarte borgschroef in de sluiting.
21